Niet overdadig, maar verzorgd
Met Kerstmis in het vooruitzicht komen werkgroepen kerkversiering in actie
Misschien zorgen ze in stilte wel elke week voor een frisse ruiker bij het beeld van Onze-Lieve-Vrouw of van een andere heilige. Met een hoogfeest als Kerstmis in het vooruitzicht steken werkgroepen liturgisch bloemschikken of kerkversiering echter graag nog een tandje bij.
In de Parochie in Eeklo/Kaprijke/Sint-Laureins staat een werkgroep in voor de versiering van maar liefst zeven kerken. Door de jaren bouwden Monique Laureyns en haar medewerkers behoorlijk wat deskundigheid op. Met oog voor detail, zo blijkt.
„Wanneer iemand een kerk betreedt, is het goed dat hij of zij meteen ziet in welke tijd van het jaar we ons bevinden”, zegt Monique Laureyns. „Daarbij spelen natuurlijk de liturgische kleuren een belangrijke rol. Zo is de kleur van de advent paars. Maar let op, het is een warm paars, als teken van inkeer en bezinning. Dat is dus iets anders dan het meer sobere paars uit de veertigdagentijd, dat allereerst verwijst naar boete en rouw. In de kersttijd treden in de versiering licht, het feestelijke wit en het groen van het leven op de voorgrond.”
Voor een hoogdag haalt de werkgroep graag haar meest verfijnde materiaal van stal. Eerder dan te streven naar een overdadige weelde van bloemen, komt goede kerkversiering volgens Monique Laureyns en haar team echter neer op het leggen van accenten. „Naast het altaar, is ook de ambo, waar uit de Schrift gelezen wordt, erg belangrijk”, legt ze uit. „We versieren niet alles. Soms plaatsen we iets bij het altaar, dan weer bij de doopvont of de paaskaars, of bij een heiligenbeeld, al naargelang de tijd van het jaar. In de feestelijke tijden van het liturgische jaar plaatsen we ook iets in het kerkschip. Zo benadrukken we dat de hele gemeenschap betrokken is bij de viering. De onthaalruimte behoeft eveneens de nodige zorg.”
Natuurlijk bepaalt ook het kerkgebouw [node:field_streamers:0] welke weg je uit kunt met versiering. In Temse maakt Lisette De Kerf deel uit van het onderhoudsteam van de Onze-Lieve-Vrouwkerk. „Veel plek voor een adventskrans hebben we niet bij het altaar”, zegt ze. „Daarom plaatsten we op een wit doek een beeld van Onze-Lieve-Vrouw tussen vier grote rode kaarsen en vier kerstrozen. Die kaarsen en rozen plaatsen we op kerstdag bij de stal. Zo verzekeren we een zichtbare samenhang tussen beide periodes.”
Een altaarstuk kan er gerust nog bij op een feestdag, al plaats je het soms beter niet op het altaar. „Grotere stukken passen beter ervoor”, zegt Lisette De Kerf. „Al houd ik zelf van bloemen, in de kerk past enige soberheid. De versiering mag de aandacht niet afleiden van de liturgie.”
Natuurlijk kunnen traditie en soberheid best hand in hand gaan met creativiteit. „Dit jaar lieten we de keuze om de adventskrans te vervangen door een fietswiel, versierd met dennengroen en vier kaarsen”, zegt Monique Laureyns. „Dat was meteen een verwijzing naar de campagne van Welzijnszorg.”
Het campagnemateriaal van Welzijnszorg en Broederlijk Delen bewijst dan ook goede diensten en sluit de jongste jaren doorgaans nauw aan bij de voorgeschreven liturgie van de advent. „Van meet af aan zochten we zelf bewust aansluiting bij de Schriftlezingen van de zondag”, legt Monique Laureyns uit. „Ik bid en mediteer graag met die teksten en vraag me dan af hoe ik ze kan laten doorwerken in de versiering. Inzicht in de liturgie is van belang en het missaal blijkt een schat aan informatie te bevatten. Zo geven we in de kersttijd het evangelieboek vaak een plaatsje bij de kerststal om uit te drukken dat Jezus het vleesgeworden Woord is.”
En laat net daarin de eigenlijke zin van kerkversiering schuilen. „Zichtbare tekens helpen ons de Onzichtbare op het spoor te komen”, besluit Monique Laureyns.