De Heer op het spoor komen
Als jonge gelovige kiest Tom Ragaert resoluut voor de nieuwe parochie
In het dagelijkse leven werkt Tom Ragaert (30) als treinbegeleider. Al woont hij momenteel nog even in Sleidinge en verhuist hij vervolgens naar Zomergem, tijdens het weekend blijft hij verknocht aan de parochie in Eeklo, Kaprijke, Sint-Laureins. Wat verlofdagen opofferen om er als leidinggevend misdienaar de diensten van de Goede Week vanaf de eerste rij mee te maken, spreekt vanzelf voor deze jonge, overtuigde gelovige.
– Was u ook als kind zo gelovig?
Met mijn ouders ging ik wekelijks naar de mis in de Onze-Lieve-Vrouwkerk in Eeklo. Ik sloot er aan bij het jeugdkoor en zo werd de parochie de plaats waar ik mijn vrienden ontmoette. Toen ik een jaar of veertien was, haakte ik echter af, niet ongebruikelijk op die leeftijd. Mijn ouders verplichtten me niet om naar te kerk te blijven gaan. Enkele jaren later brak echter een moeilijke periode voor me aan. Ik zette mijn hogere studies stop en worstelde met heel wat levensvragen. Toen deed ik opnieuw de stap naar de Kerk.
– Zag de Kerk u graag terugkeren?
Beslist. Al gauw vroeg de deken me of ik geen misdienaar wilde worden. Dat deed ik. Heel wat van mijn oude parochievrienden waren intussen vertrokken en ik kwam terecht in een nieuw team. Ook links en rechts stak ik nog een handje toe en van het ene kwam het ander. Vóór ik het wist, werd ik gevraagd om toe te treden tot de parochieploeg. In mijn onwetendheid vond ik dat een grote eer. Ik had een nogal verheven beeld van dat beleidsorgaan. Vanaf de eerste vergadering voelde ik me echter onder gelijkgezinden.
– Vond u in de parochie ook antwoorden op uw levensvragen?
Als lid van de parochieploeg kreeg ik de kans om de School voor Geloofsverdieping te volgen. Wat een openbaring was dat! Nu leerde ik pas echt de binnenkant van het christelijke geloof kennen. Bovendien ontmoette ik er heel wat boeiende mensen. Nadien volgde ik in de Oude Abdij in Drongen het project [node:field_streamers:0] Samuël. Daarin stond het persoonlijke gebed centraal en de vraag wat de Heer van me verlangt. Dankzij Samuël kwam ik ook in contact met gelovige leeftijdsgenoten. Voor gelovigen van mijn generatie is dat wezenlijk.
– U trok naar het seminarie Johannes XXIII. Hoe lang was u daar?
Die keuze kwam voort uit het onderscheidingsproces tijdens het Samuëlproject. Ik geloofde dat dat de juiste weg was, al twijfelde ik eraan of ik de studie zou aankunnen. In Leuven ontmoette ik fantastische mensen. Ik genoot ook van het dagritme en ontdekte wat het is om te bidden bij het sacrament. Ik leerde ook veel over mezelf en de Kerk. Toch bleek het cultuurverschil tussen de seminaristen van diverse bisdommen groot. Ik voelde me echt gezonden vanuit het bisdom Gent, maar stond nogal alleen in mijn ijver voor de nieuwe parochie. Hoewel ik geslaagd was na de eerste examens, besloot ik door omstandigheden er toch mee te stoppen.
– Is de nieuwe parochie dan zo belangrijk voor u?
Als gelovige ben ik wie ik ben dankzij de nieuwe parochie. De tijd van de parochie rond de kerktoren is voorbij. Andere gelovigen leren kennen, elkaar inspireren en gemeenschap vormen, daarvan gaat een dynamiek uit. Daar geloof ik sterk in.
– Hoe kijkt u intussen terug op die periode in uw leven?
Aanvankelijk had ik het er moeilijk mee en liet ik het allemaal even los. Vandaag heb ik almaar meer het gevoel dat ik dat hoofdstuk kon afsluiten. Aanvankelijk woog een gevoel van falen door. Nu treedt het vertrouwen in God almaar meer op de voorgrond. Wel voel ik me gesterkt om voort te gaan op mijn geloofsweg. Overigens, mijn respect voor priesters nam enkel maar toe.
– En wat brengt de toekomst u?
Ik ben er nog niet uit of ik me nog kan engageren in de nieuwe parochieploeg van Eeklo, Kaprijke, Sint-Laureins. Wel wil ik mee blijven bouwen aan de nieuwe parochie. Ik droom van een parochie die ook in de week samenkomt rond de Heer.