Luxemburgse Kerk zoekt tweede adem en niet vruchteloos

Stijn Bossuyt woont en werkt in het Groothertogdom en kon zich niet vinden in het eerder verschenen bericht over de situatie van de katholieke Kerk.
04/10/2017 - 11:25

Afgelopen zaterdag verscheen in Kerknet-nieuws een schets van de in veel opzichten bewogen periode die de zowel katholieke Kerk als het katholieke onderwijs in het Grooothertgdom momenteel doormaakt. De Kerknet-nieuwsredactie had zich daarvoor gebaseerd op informatie van betrouwbare bronnen als The Tablet, Le Quotidien.lu en KIA. Lees het Kerknet-bericht: Luxemburgse katholieke Kerk snakt naar adem.

Kerknetnieuwsbriefabonnee Stijn Bossuyt, die met zijn gezin in het Groothertogdom woont en werkt, kon zich niet meteen vinden in het artikel en reageerde prompt. Hij formuleerde zijn bedenkingen als volgt.

Als Belgische inwoner van Luxemburg trok het Kerk-nieuwsbericht m.b.t. de naar adem snakkende katholieke Kerk in het Groothertogdom uiteraard mijn aandacht. Mijn kinderen zitten niet op een Luxemburgse school, maar op de Europese school (waar godsdienst een verplicht vak is), en kan dus niet reageren op het statement van de godsdienst onderwijs zelf, maar wel hoe ik in onze gemeenschap deze veranderingen ervaar.

Ik ervaar op meerdere punten de situatie anders dan zoals ze is beschreven in het artikel. Stijn Bossuyt

De hervorming van de parochies (en fusies van 274 naar 33) heeft op zich niet te maken gehad met de financieringshervorming, waarmee ze weliswaar is komen samen te vallen. Ze kwam in de eerste plaats voort vanuit hetzelfde euvel als waaraan de Vlaamse Kerk lijdt, namelijk een teruglopend priesterbestand voor de verschillende vaak heel kleine dorpen (en dito gemeenschappen) in Luxemburg.

Onze aartsbisschop Jean-Claude Hollerich heeft veel meer dan in België de durf gehad een hervorming door te voeren die niet de situatie voor een tijdje redt, maar meteen getracht deze zo toekomstbestendig te maken.

Er zijn in de hervorming immers geen kerken gesloten, alleen het parochielandschap is hertekend met 33 parochies (met een hoofdkerk en verschillende annexen rondom). Veel financieel gespaard is er niet. Wel is het zo dat de goederen en kerken van de kerkfabrieken in een nationaal fonds zijn ondergebracht en vaak de kerken naar de gemeenten zijn overgegaan, die meteen een gebruiksconvenant hebben afgesloten (het hele proces is wijd en zijd voor elke gemeente beschreven in de krant Luxemburger Wort).

Godsdienstonderricht met bijzondere vitaliteit

Wat het godsdienstonderricht betreft, zie ik dat de Luxemburgse Kerk van een bijzondere vitaliteit getuigd. Het loslaten van de schoolcatechese heeft ervoor gezorgd dat vele ouders-catechisten zijn opgestaan, die in de parochies en gemeenschappen de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de catechese hebben willen opnemen. Als ik bv naar onze gemeenschap kijk (de Franstalige Christ-Roigemeenschap van de jezuïeten), dan komen daar los van elk parochieverband zo'n 125 naar de catechese begeleid door zo'n 40 ouders. Dit zijn alleen de kinderen van het 1ste tot het 3de leerjaar, hogerop komen ze (ca. 85 + 15 begeleiders) bijeen in MEJ-bijeenkomsten (Mouvement Eucharistie de Jeunesse). Ook in de parochies zie je gelijkaardige initiatieven en schaalgroottes.

Een voor mij opvallende vaststelling is dat de eerder Franstalig gerichtere gemeenschappen mij hierin vitaler en ondernemender overkomen dan de meer puur Luxemburgse/Duitstalige gemeenschappen. De ervaring van veel Franse gelovigen die de laïcité al 100 jaar ervaren?

Ik wil zeker niet de ontkerkelijking in Luxemburg ontkennen noch dat de alle veranderingen pijnloos zijn verlopen. In plaats van tendentieuze snakt naar adem had er beter gestaan: Zoekt tweede adem en sommigen hebben hem al gevonden.

Hartelijke groet,

Stijn Bossuyt