Tsjechische kardinaal Beran krijgt laatste rustplaats in Praag
De legendarische Tsjechische kardinaal Josef Beran (1888-1969), een boegbeeld van de strijd tegen het communisme en totalitarisme, krijgt vandaag maandag een laatste rustplaats in de Sint-Vituskathedraal in Praag. Daarmee gaat zijn laatste wil in vervulling.
Josef Beran werd in 1911 tot priester gewijd en werd in 1946 benoemd tot aartsbisschop van Praag. In 1942 werd hij door de nazi’s, samen met 122 andere Tsjechische priesters, gearresteerd en gedeporteerd. 76 priesters overleefden het concentratiekamp niet. Na de communistische machtsovername in zijn land, in februari 1948, leidde mgr. Beran de protesten tegen de communistische overheersing en de oprichting van een door de overheid gecontroleerde staatskerk. Hij bleef aartsbisschop van Praag tot aan zijn gedwongen vlucht in 1949. In 1965 werd hij kardinaal gecreëerd.
De vorige week in de Sint-Pietersbasiliek in Rome opgegraven stoffelijke resten van kardinaal Beran keerden afgelopen donderdag met een speciale vlucht terug naar Praag, vergezeld door drie bisschoppen, onder meer die van Berans thuisbisdom Pilsen en de hulpbisschop van Praag. De kist werd overgebracht naar Strahov, het bekendste klooster van Praag. Daar vond een wake plaats en kreeg de kardinaal postuum de gouden medaille van de Karelsuniversiteit van Praag. Een merkwaardig detail: Josef Beran publiceerde destijds een boek over de componist Antonin Dvorák, dat nog steeds als een basiswerk wordt beschouwd.
Bron: Vaticannews.va/Kathpress.at