‘Suisse’ Koenraad Cautaerts naar eedaflegging Zwitserse Garde
‘Een moment dat je zelden meemaakt, een ervaring voor het leven’, noemt Koenraad Cautaerts het. De kerkbaljuw van Aarschot – of suisse in de volksmond – geniet nog na van zijn bezoek aan Vaticaanstad. Daar vond maandag op de San Damaso-binnenplaats van het Apostolisch Paleis de beëdigingsceremonie plaats van 34 nieuwe rekruten van de Zwitserse Garde, militairen die instaan voor de veiligheid in het Vaticaan. Met de rechterhand opgestoken, waarvan drie vingers gestrekt als symbool voor de Heilige Drie-eenheid, spraken ze hun eed van trouw aan de paus uit. Koenraad mocht het allemaal beleven vanop de eerste rij. ‘En in uniform’, zegt hij trots.
E-mail met uitnodiging
‘Het was al geruime tijd een droom van me om zo’n ceremonie te mogen meemaken’, vertelt hij. ‘Via Facebook ben ik wel bevriend met enkele leden van de Zwitserse Garde, maar ik ken hen persoonlijk niet. Daarom schreef ik lang geleden een brief naar hun oversten en tot mijn verbazing ontving ik in februari laatst een e-mail met een uitnodiging om aanwezig te zijn op de beëdigingsceremonie, en nog wel in uniform.
Als enige van de vijf kerkbaljuws in België zet ik immers de familietraditie voort, in Aarschot. Mijn steekhoed is 113 jaar oud.
Ja, dat raakte me enorm, omdat mijn steekhoed afkomstig is van mijn overgrootvader Joseph Désiré Cautaerts. Hij was ruim een kwarteeuw kerkbaljuw in de Sint-Gaugericuskerk in Pamel. Als enige van de vijf kerkbaljuws in België zet ik immers de familietraditie voort, in Aarschot. Mijn steekhoed is 113 jaar oud. Het uniform heb ik uiteraard op maat laten maken, maar zowel de steek, de hellebaard als de sabel zijn afkomstig van mijn overgrootvader. Het was dan ook voor mij een grote eer om onze familie, alsook de parochies van Aarschot en Roosdaal, en bij uitbreiding het aartsbisdom, te mogen vertegenwoordigen in het Vaticaan.’
Op het balkon
Koenraad dacht aanvankelijk de ceremonie te mogen bijwonen tussen het talrijk opgekomen publiek, maar zonder hij het besefte, verleende de uitnodiging toegang tot een wel een heel bijzondere plek. ‘Ik werd aangekondigd als de Belgische delegatie, hoewel ik alleen was’, lacht hij. ‘Iemand van de Zwitserse Garde begeleidde me vervolgens via een privélift naar de indrukwekkende gangen van het Apostolisch Paleis. Voor ik het goed en wel besefte, mocht ik plaatsnemen op het balkon, naast vertegenwoordigers van het corps diplomatique en een uitgebreide delegatie van Oostenrijkers, Amerikanen en militairen uit Nederland.
Lees ook
Met open mond heb ik anderhalf uur de beëdigingsceremonie kunnen volgen. Alles verliep in drie talen, Italiaans, Frans en Duits. Tegelijkertijd was het ook een ontroerend moment. Ik voelde overgrootvaders’ aanwezigheid.’
Receptie
De onvergetelijke dagen van Koenraad begon vorige zondag al, waar hij om 10.30 uur de eucharistieviering mocht bijwonen in de Sint-Juliaan-der-Vlamingenkerk in Rome. Hij ontmoette er monseigneur Gabriël Quicke, rector van de Koninklijke Belgische kerk en de Stichting Sint-Juliaan der Vlamingen. ‘Ik werd er bijzonder hartelijk ontvangen en kreeg een persoonlijke rondleiding van hem’, vertelt Koenraad. ‘Het is een kerk die je zeker moet bezocht hebben als je in Rome bent. Indrukwekkend mooi. Tijdens de eucharistieviering, die monseigneur Quicke celebreerde in het Nederlands, het Frans en in het Italiaans, bad hij ook speciaal voor mij, opdat ik mijn taak als kerkbaljuw gelovig en zorgvuldig mag blijven uitvoeren. Achteraf was er een receptie, waar ik mijn netwerk kon uitbreiden. Nee, paus Franciscus heb ik jammer genoeg niet ontmoet. Dat staat nog op mijn bucketlist. Misschien lukt het wel als hij later dit jaar naar België komt. Maar een uitnodiging voor een volgende ceremonie van de Zwitserse Garde, die heb ik alvast op zak.’