Pastoraal coördinator Toni Berek: ‘Een vliegende keeper is niets zonder veldspelers’
Toni Berek (40) groeide op in Timor, een van de 16.000 eilanden in Indonesië. Als jonge knaap droomde hij ervan om priester te worden. Maar Gods wegen brachten hem 16.000 kilometer verder naar België, waar hij vandaag zijn leven invult als lekenmissionaris, samen met zijn vrouw Monica en hun baby Lily.
Toni kent de kracht van de lach als geen ander. Die hoeft niet meteen overdreven breed te zijn, maar zijn oprechte glimlach versterkt zonder meer elke ontmoeting. Hij startte de voorbije vijf jaar vanuit IJD Jongerenpastoraal, het huidige Kamino, tal van jongerenwerkingen op in de pastorale regio Tienen, organiseerde schoolvieringen en voetbalde met jongeren dat het een lieve lust was. Zijn werk vatte hij op als een getuigenis van zijn geloof.
‘Voor mij is de secularisatie de beste katalysator om me blijvend in te zetten voor onze Kerk.’
Op vraag van hulpbisschop Koen Vanhoutte begon hij op 1 september aan zijn nieuwe opdracht als pastoraal coördinator in de pastorale zone Allerheiligen Diest. Samen met de zoneploeg, meewerkend priester Felix Van Meerbergen en de augustijnen Jean Baptist en Petrus Anh, een Congolees en een Vietnamees, zal Toni voortaan in de Oranjestad de pastoraal behartigen, uitwerken en aanwezig zijn op de diverse domeinen. ‘Ik ben vliegende keeper’, lacht hij. ‘Maar een vliegende keeper is niets zonder zijn veldspelers. Ik ben blij met het team.’
Fierheid
Priester worden, het was ook een droom van Toni. Hij groeide op in een gezin van tien. Moeder was protestant, vader katholiek, in een land met de grootste moslimbevolking ter wereld. Christenen vormen er slechts een kleine minderheid. Maar Indonesiërs zijn niet bang om te tonen dat ze christen zijn. Met een kruisje om de hals laten ze trots hun geloofsovertuiging zien.
‘Ook Vlamingen zouden trots hun geloofsovertuiging mogen uitstralen’
De kerk was dan ook jarenlang een vaste plek voor het gezin. Toni werd meteen na zijn eerste communie misdienaar en wilde na het zesde middelbaar graag naar het seminarie. Tot hij het levensverhaal las van Don Bosco, de Italiaanse priester die tussen de straatjongens in Turijn werkte. ‘Ik was geraakt door diens levenswerk. In mijn dorp ontmoette ik ook vaak jongeren die geen kansen kregen en zelfs verwaarloosd werden.’ Een jaar later, op z’n 19de, werd Toni aanvaard voor het noviciaat en trad hij in bij de salesianen in de hoofdstad Jakarta, 3.000 kilometer van huis.
Wereld ontdekken
‘Tijdens mijn opleiding leerde ik de wereldkerk kennen’, vertelt Toni. ‘Een Spaanse missionaris bemoedigde me om het evangelie te verkondigen in het buitenland. Maar hoe graag ik ook de wereld wilde ontdekken, mijn overste liet me niet gaan.’ Na drie jaar aandringen, schreef Toni stiekem een brief naar Rome met de vraag of hij toch als missionaris naar het buitenland kon worden gezonden. Enkele maanden later kwam de bevestiging, maar ook nu weer bleef zijn overste koppig tegenstand bieden. Pas na een bezoek van een overste van de salesianen uit Rome kon Toni naar het buitenland vertrekken, naar België.
‘Ik kende België enkel als het land van voetballer Thomas Vermaelen’
Uiteindelijk komt Toni in juli 2011 aan in Heverlee. Hij volgt verschillende taallessen, trekt naar het seminarie in Leuven om er theologie te studeren en loopt stage in het Jeugdhuis van Don Bosco in Oostende. Na lang twijfelen beslist hij om het priesterschap te laten varen. Meer nog, Toni keert zelfs terug naar Timor, waar hij in 2014 een bibliotheek opricht voor kinderen en jongeren. Maar België laat hem niet los. Hij keert terug naar ons land en vat aan de KU Leuven de masteropleiding theologie en religiewetenschappen aan. In 2019 studeert hij af en gaat vervolgens aan de slag als jongerenpastor. Vijf jaar later staat hij met Monica en Lily aan het begin van een nieuw avontuur, één vol ideeën en dromen.