Zeldzaam getijdenboek keert terug naar Doornik
28/04/2016 - 15:52
Het Fonds Claire en Michel Lemay, dat zich eind 2015 bij Sotheby’s in Londen het Tramerie Getijdenboekaanschafte, schenkt dit boek aan de stadbibliotheek van Doornik. Het manuscript is een zeldzaam voorbeeld van Doornikse schilderkunst in de 15de en 16de eeuw. Het is van groot belang voor de kennis van de Doornikse verluchtingskunst van het begin van de 16e eeuw. Het getijdenboek illustreert de rol van Doornik voor de schilderkunst in Nederlanden op het einde van de middeleeuwen.
Illustratief voor Doornikse schilderkunst
Het rijk geïllustreerde getijdenboek bevat een verzameling korte gebeden en oraties voor leken, vergelijkbaar met een brevier voor religieuzen. Het biedt mensen met weinig tijd kans voor een vereenvoudigd gebed. Wellicht werd het gemaakt in opdracht van een Engelsman, omwille van de opgenomen dodenmis die gebruikelijk is in Salisbury en een litanie van de heiligen, die veel voorkomend was over het Kanaal.
Het oudste deel van het Tramerie Getijdenboek werd tussen 1420 en 1430 vermoedelijk in Parijs of misschien Doornik geproduceerd. Een eeuw later werd het getijdenboek voor een rijke eigenaar geactualiseerd en bijgewerkt met onder meer een kalender en de typisch Doornikse heiligennamen. Het merendeel van de miniaturen, waaronder vijftien volbladminiaturen met Franse en Vlaamse invloeden en overvloedige randversieringen, dateert uit deze tijd. De tekst is mooi verfraaid met versierde initialen of opmerkelijk vindingrijke motieven.
Aanvulling bij geteisterde bibliotheekfonds
De Doornikse stadsbibliotheek verloor tijdens de luchtaanval en het bombardement van 17 mei 1940 een aanzienlijk deel van haar erfgoed. Het personeel van de bibliotheek slaagde er nog in om, aan de vooravond van de aanval, 27 van haar 247 manuscripten – waaronder de befaamde Doornikse versie van de Roman de la Rose - te redden. Het Tramerie Getijdenboek is het eerste manuscript dat het door de oorlog zo geteisterde bibliotheekfonds komt verrijken. Het vormt een mooie aanvulling bij de vier getijdenboeken die in 1940 werden gered.