Eieren voor de Clarissen
1 mei en Hemelvaart vallen doorgaans niet zo ver van elkaar. Twee hoogdagen van twee verschillende levensbeschouwingen, die vroeger nogal diametraal tegenover elkaar stonden. Mijn ouders hielden angstvallig bij op welk van beide feesten het weer het mooiste was.
Als het regende op Hemelvaart, waren ze een beetje boos op Onze Lieve Heer.
Tegenwoordig gunnen we elkaar van harte zoveel mogelijk zon.
In de stad waar ik vandaan kom, was er een klooster van Clarissen. De zusters genoten de reputatie dat ze al biddend voor mooi weer konden zorgen op belangrijke feestmomenten: een communiefeest, een trouw, een processie. Als gewone leek hielp het niet om daarvoor te bidden, dat was duidelijk specialistenwerk. Om de zusters een beetje aan te moedigen en alvast bij voorbaat te bedanken, bezorgde je hen een grote doos met eieren en de precieze datum.
Als het dan regende op je heuglijke dag kreeg je steevast te horen dat je geen of onvoldoende ‘eieren naar de Clarissen’ had gebracht.
Toen wetenschappers waarschuwden voor overmatige eierconsumptie omdat zoiets slecht is voor het cholesterolgehalte, waren we wel een beetje bezorgd om de zusters. Maar tegelijk wisten we: daar staan zij boven.
Mooi weer is de helft van het succes. Op een feest, maar zelfs in het gewone leven.
Naar het werk rijden onder een stralend zonnetje is balsem op de ziel. Van dagenlang grijze luchten en regenbuien wordt zelfs de grootste optimist een tikje sikkeneurig. Het is belachelijk, want een groot deel van de wereldbevolking ligt niet wakker van het weer, maar we ontsnappen er in onze streken niet aan. Bovendien vormt het weer de ideale gespreksopener voor de stuggelingen die we vaak zijn.
‘Het is het weertje van ons Heertje’, zei het oude zustertje vroeger op de school waar ik lesgaf.
Ze bedoelde daarmee: stop met klagen over het weer. Het is altijd wel ergens goed voor. Persoonlijk brak ik me jarenlang het hoofd over het vreemde gegeven dat Jezus over zijn Vader vertelde. Die kon de zon laten schijnen of het juist doen regenen voor goede en slechte mensen afzonderlijk. Uit pure goedheid liet hij de zon schijnen voor iedereen. Ik zou het omgekeerde wel eens willen zien: hoe de zon alleen zou schijnen over de goede mensen en hoe doortrapte schurken met veel Panamageld de hele dag gevolgd zouden worden door een donkere wolk met regenvlagen. Heel handig voor de politie en de belastinginspectie.
Bidden om regen, bidden om zon, we zijn het ontwend. We geloven niet meer dat het helpt.
Misschien is de lente daarom zo koud. Plensbuien en korte stukjes zonneschijn volgen elkaar onophoudelijk op. Maar tussendoor verschijnen er de mooiste regenbogen. En die zorgen nog altijd voor vele verrukt kijkende en omhoog wijzende mensen. Net als in de tijd van Noach.