Het voordeel van bijziend te zijn
Als ik in de auto zit en de bomen voorbij zie glijden, merk ik het opeens: ze hebben weer blaadjes! Nee, ik verwar de herfst niet met de lente, wees gerust. Maar sinds ik een nieuwe bril heb, zie ik weer alle onderdelen in het landschap en verheug ik me over de kleinste details.
Tot voor kort zag ik bomen zoals de meeste bijziende mensen: als groene wolken op een stam. Precies zoals kinderen ze tekenen. Maar nu zie ik opeens weer dat elk twijgje en elk blaadje een eigen bestaan en vaste contouren heeft.
Een feest voor mijn ogen. Ik kan er niet genoeg van krijgen.
Bijziendheid is een gezegende handicap. Al jaren herken ik de gezichten aan de overkant van de straat nauwelijks. Ik zwaai vriendelijk terug naar iedereen die me een groet toeroept in het vertrouwen dat het zeker geen kwaad kan.
Ik zet mijn eigen gezicht bij voorbaat in de glimlachstand omdat ik weet dat wachten tot ik het beeld scherp krijg geen optie is. Waarschijnlijk lach ik geregeld ook naar volslagen onbekende mensen, maar dat neemt tot nu toe niemand me kwalijk.
Bovendien is bijziendheid een bron van inspiratie.
Om de haverklap zie ik in de verte dinosaurussen, die bij nader inzien graafmachines blijken te zijn. Of meen ik een weg of een gebouw te zien dat er eerder niet was, en dat er uiteindelijk ook niet blijkt te zijn.
Maar in de tussentijd kan ik dromen en gebeuren er soms wonderen.
Mijn nieuwe bril zorgt ervoor dat ik veilig bij de les blijf. Maar mijn oude bril blijft binnen handbereik. Want soms wil ik gewoon graag even meer zien dan er is. Als ik ooit God te zien zal krijgen, is het vast met mijn oude bril.