Kruisbeeldenstrijd in Beieren, een onverkwikkelijk verhaal
Vanaf 1 juni, vandaag dus, moeten in alle openbare gebouwen in de Duitse deelstaat Beieren kruisbeelden hangen. Beslissing van de regerende CSU, die een zware onweersbui ziet hangen boven de verkiezingen in oktober. De misnoegde kiezer op het platteland neigt naar extreemrechts. Vanuit de evangelische en katholieke Kerk kwam hevige kritiek op deze instrumentalisering van het belangrijkste symbool van het christendom.
Volgens Markus Söder, de minister-president in Beieren (CSU), staat het kruisbeeld niet zozeer symbool voor Christus' dood en verrijzenis, maar voor de Duitse identiteit. Daarom heeft niet alleen de Kerk, maar de hele deelstaat er recht op, meent hij. De Kerken zien toe hoe het kruisbeeld gebruikt wordt in een steekspel om de politieke macht.
In zijn pinksterhomilie gooide de evangelische aartsbisschop Bedford-Strohm het dan maar over een andere boeg. Als je het dan toch in het identiteitsdebat gebruikt, laat het kruis dan staan voor een centrale identiteit, van één geest voor Duitsland: de Geest van Pinksteren. En daarvoor moet niemand bang zijn.
De Geest van Pinksteren kan christenen, joden en moslims verbinden en overstijgt het onzalige identiteitsdebat. Bisschop Bedford-Strohm
Ik houd van mijn Heimat, zo zei de bisschop nog. En omdat het kruis me zo lief is, hoop ik dat het ook de Heimat kan worden van mensen die bedreigd worden door geweld, oorlog en vervolging.
Zo zou je het kunnen bekijken. Maar gelukkig geeft nog niet iedereen zich gewonnen. Een museum in Nürnberg is burgerlijk ongehoorzaam. Op Facebook en Twitter worden grapjes gemaakt.
De katholieke aartsbisschop van Bamberg Ludwig Schick waarschuwt voor populisme, dat de waarheid verkort tot het eigenbelang en mensen tot vijanden en zondebokken maakt.
Het lijkt erop dat de staat zich hier kan bedienen van de Kerk waar het haar uitkomt. In de andere richting werkt het duidelijk niet. Zo zit dat dus met de scheiding tussen Kerk en staat.