Geloof je in God? 10 jaar later, in Irak
Daar stond ik dan, midden in de nacht op een alsmaar meer verlaten parking bij de luchthaven van Sulaymaniya. Irak, dan toch. Ik huiverde. Waar was ik nu toch weer aan begonnen? Welk verlangen was zo krachtig dat het me al mijn (ook irrationele) angsten deed overstijgen om toch naar hier te komen? De nachtlucht was koel, de lichten in de verlaten ontvangstruimte knipperden. Een groepje mannen, een taxichauffeur en ik waren de enigen die nog overbleven. De minuten tikten tergend traag verder, tot er uiteindelijk nog een auto halt hield. Mijn vrienden, eindelijk!
Het begon allemaal op een zomeravond in Cori, Italië. Het was augustus en mijn laatste week vakantie was aangebroken. Ik zat met vrienden van de gemeenschap van Paolo Dall’Oglio aan tafel op het terras van het klooster, terwijl de avondlucht paars kleurde. Tussen de heerlijke Syrische rijstmaaltijd door luisterde ik naar hun plannen om naar het klooster van de gemeenschap in Iraaks Koerdistan te gaan. Ze zouden er de projecten van de gemeenschap voor vluchtelingen bezoeken én een week wijden aan een intensievere studie van het gedachtegoed van Paolo. En dat in het bijzijn van abouna Jens, abouna Jacques en zuster Friederike ... Of ik misschien mee kon?, hoorde ik mezelf zeggen, beseffende dat daarmee ook mijn plannen waren gesmeed.
Het verhaal van pater Jens Petzold
Daar zaten we dan, twee maand later, midden in de nacht samen in de auto op weg door de verlaten straten van Sulaymaniya. Mijn ontvangstcomité had vertraging opgelopen door de controles op de luchthaven. Nog een beetje overdonderd door het avontuur, belandde ik vermoeid maar met wijd open ogen in mijn kamertje in het vrouwenvertrek van Deir Maryam Al-Adhra, het klooster van de Heilige Maagd Maria.
Van op afstand had ik de verhalen gevolgd over het wel en wee van de gemeenschap. Na 12 jaar als monnik geleefd te hebben in woestijnklooster Deir Mar Moussa in Syrië, was abouna Jens erop uit gestuurd om het klooster hier in Sulaymaniya nieuw leven in te blazen. Het was de voormalige bisschop van Kirkuk, mgr. Louis Sako, die hem dat gevraagd had.
Wat een uitdaging om midden in een stad dezelfde missie te ondernemen als in het woestijnklooster Deir Mar Moussa.
Veel tijd om na te denken was er uiteindelijk niet. In augustus 2014 deed de massale toestroom van christenen op de vlucht voor I.S. uit Mosoul, Qaraqosh en het plateau van Nineve abouna Jens besluiten om het klooster open te stellen voor vluchtelingen. Ze konden terecht in huizen van gevluchte christenen uit de wijk. Acht gezinnen verbleven op de bovenverdieping van het klooster. In de kerk werden met doeken leefruimtes voorzien voor vluchtelingen die toekwamen. Nog later werden op een braakliggend terrein vlakbij het klooster 20 containers geplaatst als woonruimtes om iets meer privacy te kunnen garanderen.
> Bekijk de fotoreportage van Cécile Massie.
Terwijl de vrouwen kookten, herbouwden de mannen het klooster. Er werden leslokalen en ontspanningsruimtes ingericht voor kinderen en volwassenen. En zo ging het leven door. Ook een multiculturele en multireligieuze theatergroep zag het levenslicht, met zowel het Koerdisch als het Arabisch als voertaal. Intussen zijn vele gezinnen weer naar huis gekeerd, terwijl broeder Jens elke dag onvermoeibaar droomt en werkt aan het klooster om er een plek van studie, ontmoeting, verzoening en wederzijdse toenadering van te maken.
Liefde voor de islam
Die ochtend sta ik wat vermoeid op. Mijn medereisgenoten die al eerder daar waren, gunnen me nog één dag respijt om wat op adem te komen. Ik schuif aan de ontbijttafel aan, verheugd ook abouna Jacques Mourad daar te treffen die de dag voor mij was toegekomen. Intussen spelen enkele vluchtelingenkinderen aan tafel spelletjes met onze vrienden uit Frankrijk. Enkele Indiase zusters komen enthousiast ‘hun’ abouna groeten. Een open huis, waar je altijd welkom bent.
De geest van Deir Mar Moussa is niet ver weg. Ik kan de gastvrijheid proeven.
De volgende dag beginnen we aan het studiewerk. De gesprekken voeren ons van de betekenis van nederigheid en vernedering, naar het wezen van het monastieke leven, naar de (on)mogelijkheid ten volle katholiek te zijn en zich toch moslim te noemen, van Thibhirine tot bij de eschatologische dimensie die zo present is in Paolo’s werk. Abouna Jens en abouna Jacques vullen elkaar wonderwel aan. Ik zie hun ogen vaak oplichten als het herinneringen Paolo betreft.
Tussen de uitwisselingen door volgen we samen met de vluchtelingenkinderen de liturgie die afwisselend Chaldeeuws en Syrisch-katholiek is. Wanneer mijn vrienden zich in de drukke gezelligheid van de soeks van Sulaymaniya wagen, zoek ik de rust van het klooster op om alles rustig te kunnen overwegen. Ben ik zover gevlogen om op enkele vierkante meters rond te wandelen?, lachen ze.
Lees verder onder de foto.
Mijn religieuze zoektocht, 10 jaar later
Eén dag laten we onze studies even voor wat ze zijn om langs schijnbaar verlaten wegen door de bergen rond Sulaymania prachtige uitzichten op te zoeken. Ik adem de wijdsheid in, aanhoor de verhalen over Iraaks Koerdistan en waan me even terug in de woestijn zoals tien jaar geleden, het begin van mijn religieuze zoektocht bij Paolo in Syrië.
Wie had gedacht dat het verhaal nog steeds verder zou gaan en me tot hier zou leiden? Had ik op de berg achter het vrouwenklooster in de woestijn in Syrië met het manuscript van Paolo’s boek in handen, ooit kunnen vermoeden dat ik hier in deze kostbare maar broze context me nog steeds zou verdiepen in dit uitdagend gedachtegoed? Een kudde schapen onder de hoede van twee jonge Koerdische herders doorbreekt mijn gedachtengang, terwijl wat verderop een boer zich ter aarde gooit voor het middaggebed ...
Abouna Jens Petzold komt naar Antwerpen op maandag 2 maart. Welkom om 20 uur in de bovenzaal van Pax Christi Vlaanderen (Italiëlei 98a, 2000 Antwerpen). Meer info op Facebook of op de website van Pax Christi.