Blijf in uw cel - tips van kluizenaar Benoît Standaert
Worden we nu allemaal kluizenaars? En als het inderdaad zo wordt, steeds meer, hoe pakken we dat aan? Wat ‘doet’ een kluizenaar in zijn kluis?
Bezinken
Verstillen dankzij de afzondering. Naar binnen trekken, gezien de keuze om het op die ene plaats uit te houden. Bezinnen en bezinken. Een woestijnvader zei: ‘Kom naar de woestijn met je glas water waarin behoorlijk veel zand gevallen is.
Laat nu maar het zand bezinken.
Stop met roeren in je glas! Licht komt binnen in je verhaal. Je ziet de korrels op de bodem van het glas. Door niets te doen komt er helderheid in je leven. Vertrouw daar op’.
Adem
Je ontdekt dat je ademhaling aanhoudt, iets dat je in de drukte niet kon beseffen. De pomp werkt. Volg de pomp van je adem, in en uit, heel bewust. Dan pas ben je echt stil, en niet in je hoofd aan het piekeren over tweehonderd dingen tegelijk. Kom steeds weer terug bij de ademhaling en volg die bewust.
Beleef tot het einde het uitademen.
Dat is het belangrijkste. Het inademen komt wel vanzelf. Adem uit, tot in de beneden-buik, helemaal, en besef dan hoe – als een ballonnetje dat vanzelf weer vol loopt – het inademen aan jou geschiedt, als een geschenk, heel spontaan. Je lééft. Je wist het amper. Nieuw leven wordt je aanhoudend gegeven. Op de bodem van je stil bewust uitademen ontdek je een moment van gunst, van genade, van puur geschenk. Wees dankbaar en anders niet.
Afdalen
Kluizen is afdalen tot enkele elementaire vormen van bewustzijn. Dat is althans een begin. Loop daar niet te vlug van weg en probeer over de dag daar vaker naar terug te keren:
stil bewust uitademen, en dankbaar beseffen: ik lééf.
Het ademen wordt mij gegund.
Niets hoeft
De tijd valt open als een bloem. Niets hoeft. Dat zijn we compleet vergeten en verloren in wat we ons ‘gewoon’ leven noemen. Hoe vlug zullen we dan ook ons kluizenaarsbestaan weer opvullen met allerhande programmapunten. Probeer daar toch aan te weerstaan. Niets hoeft. De kluizenaar heeft geen regel, zegt de oudste traditie. Hij heeft slechts één opdracht: voortdurend bidden. Hij bidt dus niet op gestelde tijden met een klok die hem tot de orde roept.
Dag èn nacht wordt voortaan gebed.
De tijd is en blijft open om in aandacht bij elk moment aanwezig te zijn, ‘bij God’, ja ‘in God’. Leven wordt een oefening van constante aandacht. Het kan niet eenvoudiger. Maar eenvoud is moeilijk.
Weer danken
Loop niet te vlug weg van die elementaire momenten van pure leegte. Begin je dag met zo’n moment van zuivere aandacht. In de leegte welt er een bron, in de stilte spreekt een stem, in de afzondering besef je een Aanwezigheid, in de ademhaling stoot een genademoment door. Je bent wel arm en ontdaan, maar je wordt weer vrij, genietend van de nederigste dingen het eerst.
Je kunt weer danken.
Laat dit je beste kompas worden: hoe dankbaar besta ik? Dankbaarheid is de beste thermometer van een geestelijk gezond leven.
Vrede, br. Benoît