De 100 van Kerknet - de keuze van onze lezers (2)
Met die vraag benaderen we dit jaar bekende en minder bekende muziekliefhebbers. Hun antwoorden vind je op Kerknet en op Spotify, het online muziekplatform waar we bouwen aan een unieke playlist: 'De 100 van Kerknet'.
Heel wat lezers reageerden deze zomer op onze oproep en stuurden hun keuze in. Met de tientallen tips die we kregen, gaan we de laatste rechte lijn in.
Vandaag putten we uit de keuze van lezers Johan Govaerts, Rosine De Pauw en Stef Hublou Solfrian.
Karl Jenkins (°1944), 'Benedictus' uit 'The Armed Man' (1999)
Johan Govaerts: 'Karl Jenkins, componist uit Wales, droeg op het einde van vorige eeuw zijn imposant werk The Armed Man op aan de slachtoffers van de Kosovocrisis. Het hele werk – langer dan een uur - klinkt actueler dan ooit. Deel 12 bevat het Benedictus, uit het Sanctus van de eucharistie: Gezegend Hij die komt in de naam des Heren: Hosanna in den hoge. Op mijn netvlies branden de vluchtelingenbootjes op de Middellandse Zee … Dan klinken de ingehouden violen broos en uiterst kwetsbaar. Lang, heel lang blijf je diep onder de indruk en ingetogen bij zoveel leed. En toch breekt de muziek plots open tot immense belijdenis, die niet langer twijfelt maar weet: Gezegend die komt in Gods naam: ‘Hosanna’, Redder! Mochten we ons wekelijks Hosanna in die geest kunnen zingen...'
Arvo Pärt (°1935), 'Spiegel im Spiegel' (1978)
Muziek van Arvo Pärt is in De 100 van Kerknet al aardig vertegenwoordigd. Lezeres Rosine De Pauw voegt er Spiegel im Spiegel aan toe. Deze meditatieve compositie werd oorspronkelijk geschreven voor piano en viool, maar werd intussen voor heel wat andere instrumenten bewerkt. De titel verwijst naar het oneindige beeld dat ontstaat in twee tegenover elkaar opgestelde spiegels.
Igor Stravinsky (1882-1971), 'Le sacre du printemps' (1913)
Stef Hublou Solfrian verrast met de keuze voor Le sacre du printemps, het legendarische werk van Igor Stravinsky: 'Samen met psychologe Alice Miller (Het drama van het begaafde kind) hoor ik er de intense emoties in van een kind, de jonge Stravinsky, dat emotioneel geweld onderging. Dit werk was revolutionair in 1913 toen het voor het eerst werd opgevoerd. Er gaat bevrijding uit van de wildheid, de intensiteit, het ritme én van het donkere, dreigende in sommige passages. Die 'negativiteit' laat via catharsis wellicht meer groei en heling toe dan zoete melodietjes van schoonheid...'