Kerkhistories ~ Heethoofden op het Concilie van Trente
In 1517 verspreidde kerkhervormer Maarten Luther een document met 95 stellingen, waarin hij wantoestanden in de kerk aan de kaak stelde. Het zou leiden tot een schisma en het ontstaan van de reformatie (protestantisme).
De katholieke kerk besefte dat er heel wat waarheid school in de aanklachten van Luther. Hij was immers niet de enige noch eerste geestelijke of theoloog die hervormingen vroeg. Het Concilie van Trente moest dan ook allereerst de wantoestanden aanpakken. Tegelijk zette het in op een betere en uniforme opleiding van de geestelijken en vorming voor de gelovigen. Daarnaast verstevigde het concilie het centrale gezag. Die beweging noemen we de contrareformatie.
Baardincident
Op het concilie ging het er geestdriftig aan toe, soms met de nadruk op ‘driftig’. Een van de meest fameuze incidenten deed zich voor op 17 juli 1546. Het concilie, dat in drie golven verliep tussen 1545 en 1563, is dan nog niet zo lang bezig, maar de gemoederen laaien al hoog op bij de bespreking van de leer van de rechtvaardiging.
Nu is het zo dat de sessies van het concilie telkens goed voorbereid werden door theologen. Zij legden de bisschoppen de kwestie voor aan de hand van 6 vragen waarop verduidelijking moest komen. Kort gezegd ging de leer van de rechtvaardiging twee richtingen uit:
- Niemand kan zijn hemel afkopen, je vindt alleen verlossing van je zonden door Gods genade (het ‘sola fide’-motto van Luther).
- De mens heeft een eigen verantwoordelijkheid in zijn verlossing (door goede werken maar ook door de kerk te betalen voor aflaten en door de biecht).
De kwestie was voer voor een pittige discussie, maar haast niemand durfde de positie van grote tegenstrever Maarten Luther bij te treden. Tot bisschop Tommaso Sanfelice van La Cava het woord kreeg. Hij stelde de vrije wil van de mens ter discussie en betoogde dat veel ‘zonden’ voortvloeien uit een slaafse wil. Verminderde toerekeningsvatbaarheid, zouden we vandaag zeggen. Hij verdedigde dan ook het standpunt van Luther dat de mens uiteindelijk alleen door God gered kan worden.
Bisschop Dionisio de Zanettini was in zijn wiek geschoten. Hij noemde Sanfelice ofwel een schelm ofwel een dwaas. Dat liet Sanfelice zich niet zeggen en hij ging agressief neus aan neus staan. Wat zeg je?? Durf je dat nog eens te herhalen?? En dat durfde Zanettini.
Een schelm of een dwaas, een schelm of een dwaas!
Nu ging Sanfelice helemaal over de rooie. Hij greep Zanettini bij de baard en schudde hem onzacht dooreen. Maar die bleef roepen: De bisschop van La Cava is een schelm of een dwaas, heb ik gezegd. En ik zal het bewijzen!
Gelukkig werden de heethoofden uit elkaar gehaald voor het verder uit de hand liep. Sanfelice werd naar een klooster gestuurd om af te koelen. Een week later pleitte Zanettini hem vrij, maar Sanfelices bijdrage aan het concilie was er toch mee afgelopen.
Tekst gaat verder onder de afbeelding.
Geen verzoening, wel hervorming
Uiteindelijk verwierp het concilie de benadering van Luther en stelde per decreet vast dat niet enkel de goddelijke genade, maar ook menselijke verdiensten bijdroegen tot het heil van de mensen. De handel in aflaten werd weliswaar aan banden gelegd, maar het concept – dat je je tijd (of die van iemand anders) in het vagevuur kon verkorten door aflaten te kopen of te verdienen met goede werken – nog lang niet afgeschaft.
Het Concilie van Trente ging de geschiedenis in als een belangrijk kantelpunt voor de katholieke kerk. Hoewel het geen verzoening bracht met de protestanten, wel integendeel, kwamen er toch betekenisvolle hervormingen. Vijf eeuwen later zou paus Franciscus hiervoor zijn dankbaarheid uiten aan het adres van Luther.
Bron (onder meer): John O'Malley, Trent: What Happened at the Council, Harvard University Press, 2013.