De zuster voor wie Henri Matisse een kapel bouwde
Het is 1941 als een Franse studente verpleegkunde reageert op een advertentie waarin een ‘jonge en knappe nachtzuster’ wordt gevraagd. De 21-jarige Monique Bourgeois gaat informeren bij het selectiebureau. Jong is ze zeker, zegt ze, en knap, nu ja, dat moeten anderen maar uitmaken. Dat ze nog een verpleegster in opleiding is, verzwijgt ze.
Ze mag zich gaan voorstellen aan haar mogelijke werkgever. Dat blijkt niemand minder te zijn dan Henri Matisse (1869-1954), de intussen wereldberoemde Franse schilder die in de buurt van Nice woont.
Kleurrijk
Matisse is 71 en heeft een leven achter de rug dat even kleurrijk en opwindend is als zijn schilderstijl, maar gaat door zwaar weer. Hij is pas geopereerd aan darmkanker en het herstel verloopt moeizaam. Monique Bourgeois wordt aangenomen. Dat ze in haar vrije tijd ook tekent en schildert, is de kunstenaar wellicht niet ongenegen. Welbespraakt en eerlijk is ze ook, mag Matisse ondervinden. Gevraagd naar haar mening over zijn werk antwoordt ze: ‘Meneer, ik vind de kleuren geweldig, maar de tekeningen zelf wat minder.’ Matisse zou het nog vaak geamuseerd navertellen.
Matisse en Bourgeois blijven contact houden als haar taak als verpleegster erop zit.
Tot haar verrassing vraagt hij haar om te poseren.
De jonge verpleegster zal uiteindelijk figureren op vier voltooide portretten: Monique in Gray Robe (afbeelding rechts), The Idol, Green Dress and Oranges, and Tabac Royal. Niet dat het model zo in de wolken is over de resultaten: ‘Ik leek er niet echt op. Ik vond het niet eens goed’, zal ze later tegen biografen van de Franse meester zeggen.
Schoonheid van het licht
In 1946, vijf jaar na hun eerste ontmoeting, legt Monique Bourgeois in het Zuid-Franse dorpje Vence de geloften af als dominicanes. Voortaan heet ze zuster Jacques-Marie. Henri Matisse heeft er zich tegen verzet. In een brief aan Bourgeois schrijft hij:
Ik heb in mijn leven geen sacramenten nodig gehad om de naam van God te prijzen.
Ik ben tot in Tahiti geweest om de schoonheid te bewonderen van het licht dat hij heeft geschapen, zodat ik het via mijn werk met anderen kon delen.’
Assistente en diplomate
De dominicanessen in Vence leiden een meisjesschool en hebben in een bouwvallige garage een kapel ingericht. Bij zuster Jacques-Marie rijpt het idee om een nieuwe kapel te bouwen, ontworpen door Matisse. De kunstenaar werkt in totaal twee jaar aan het ontwerp van de bijzondere kapel, zuster Jacques-Marie bouwt een schaalmodel uit multiplex platen. Dat moet ook dienen om de grootste sceptici te overtuigen, in de eerste plaats de medezusters.
Ze vrezen dat Matisse niet geschikt is om een kapel te ontwerpen. Hij, de fauvist, schilder van naakten.
De zuster en de kunstenaar zetten door en voltooien in 1951 de kapel, die Matisse een van zijn beste verwezenlijkingen zal noemen, de culminatie van zijn leven als artiest. Van de glas-in-loodramen over meubilair en muurtekeningen: de hele kapel lijkt inderdaad een best-of van een meester op het toppunt van zijn kunnen.
Henri Matisse sterft drie jaar na de voltooiing van de kapel, in 1954. Zuster Jacques-Marie schrijft later een boek over hun band en samenwerking: Henri Matisse: La Chapelle de Vence. Ze overlijdt in 2004, op 84-jarige leeftijd. Haar begrafenis wordt bijgewoond door nakomelingen van Matisse, die haar kist omringen met een zee van anemonen, de favoriete bloem van de meester.
Hoe ziet de kapel er vanbinnen uit? Bekijk onderstaand fragment uit een BBC-documentaire.