Aartsbisschop Luc Terlinden over synode: ‘Dynamiek verderzetten, tijd voor daden’
Zondag gaven de Belgische synodevaders en -moeders een getuigenis op de Belgische ambassade bij de Heilige Stoel. Ook aartsbisschop Luc Terlinden was erbij. Hij is vast van plan om de besluiten van de synode meer ingang te doen vinden in de Belgische Kerk.
Wat is uw algemene indruk van deze tekst?
Luc Terlinden • Ik moet toegeven dat ik nog geen tijd heb gehad om het hele document te lezen. Maar misschien is het werk nog maar net begonnen. We moeten deze dynamiek echt voortzetten en teruggaan naar de lokale gemeenschappen, naar de gelovigen. Zoals de paus heeft gevraagd, moeten we nu concrete acties overwegen en uitvoeren. We kunnen ons niet beperken tot principes of mooie intenties.
De synode legt de bal terug bij de lokale kerken. Waar wil u werk van maken?
Het eerste wat we moeten doen is onze praktijken evalueren en vaststellen wat synodaal is en wat minder. Dus ja, België ervaart deze dimensie al heel sterk. Tegelijkertijd zijn structuren niet genoeg. Het is niet genoeg om een raad bijeen te roepen om synodaal te zijn! Als de parochianen zich rond de pastoor verzamelen om uit te voeren wat twee of drie mensen hebben besloten, dan is dat niet synodaal. Op dezelfde manier vereist de wet het bestaan van een priesterraad. Maar de vraag blijft hoe deze raad werkt en hoe hij op een meer synodale manier kan werken.
De oprichting van een raad is niet voldoende om synodaal te zijn.
Luc Terlinden
En verder?
We moeten deze synode uitbreiden met een theologische reflectie. Veel Belgen hier vinden dat we nog niet ver genoeg zijn gegaan. Ik ga dit bespreken met mijn collega-bisschoppen, maar ik geloof dat dit werk een prioriteit moet zijn. Vooral omdat we de middelen hebben om het in België uit te voeren.
U vertrekt dus met een aantal projecten...
De Bisschopsraad heeft al besloten dat de komende maanden zullen worden gewijd aan de implementatie van synodaliteit. Aan het begin van dit driejarige proces gaan we richtlijnen opstellen voor de verdere implementatie op alle niveaus. En dit zal tijd kosten, want het vereist bekering. Het klerikale model is nog steeds aanwezig – niet noodzakelijk bij de geestelijkheid, ook soms bij de leken.
Er wordt nog te veel gewicht aan een bisschop toegekend.
Tijdens het eerste millennium kende de Kerk een behoorlijke mate van decentralisatie; tijdens het tweede millennium werd de centralisatie veel sterker. De uitdaging van vandaag is om een synthese te bereiken en een evenwicht te vinden tussen de twee. Tegelijkertijd moeten we beter kijken naar de rol van ambtsdragers – vooral gewijde ambtsdragers – en de relatie tussen hen en andere gedoopte christenen.
Een jaar geleden vertelde kardinaal Grech [algemeen secretaris van de synode] me dat de bisschoppen de eersten waren die door de synode werden beïnvloed. Dus ik denk dat we onszelf in vraag moeten kunnen stellen. Eén kwestie lijkt me vandaag cruciaal: de concentratie van macht in de handen van de bisschop. De kwestie van misbruik is een perfecte illustratie van dit probleem: de bisschop bevindt zich regelmatig zowel rechter als veroordeelde, vooral met betrekking tot de priesters in zijn bisdom. Misschien wordt er soms te veel gewicht aan de bisschop toegekend. Dit is een gebied waar we nog moeten groeien.
Bron: Cathobel / Vincent Delcorps