Catacombenheiligen, een 16de-eeuws Halloween?
Op 31 mei 1578 stoten arbeiders in een wijngaard in Rome op beenderen. De stoffelijke resten blijken afkomstig uit een vroegchristelijke ondergrondse begraafplaats. Anders dan de Romeinen lieten christenen zich destijds niet cremeren. Hun lichamen werden begraven ‘ad catacumba’ (letterlijk: naast een holte, een steengroeve meer bepaald). Gaandeweg worden nog meer van dergelijke catacomben blootgelegd, heuse gangenstelsels waarin tot 750.000 doden uit de eerste eeuwen na Christus liggen begraven.
Vandaag zijn onder meer de catacomben van San-Callisto en San Sebastiano toeristische trekpleisters.
De ontdekking uit 1578 in Rome ging een belangrijke rol spelen in het door godsdienstoorlog geteisterde Midden-Europa. Veel religieus erfgoed was er vernield en daardoor was een grote vraag naar nieuwe relikwieën. Het Concilie van Trente (1545-1563) had de uit de hand gelopen relikwie business aan banden gelegd, maar dat verhinderde paus Gregorius VIII niet om nu hele lichamen te gaan inzetten in de Contrareformatie.
Het eerste werk was om de naar boven gehaalde beenderen te identificeren. Dat gebeurde onder meer aan de hand van inscripties bij de tombe. De meeste lichamen werden aanzien als heilig vanwege de marteldood die menig christen ten deel was gevallen in de eerste eeuwen na Christus. Dan kon een lichaam klaar gemaakt worden voor transport. Dankzij de Zwitserse Garde vonden in die eerste periode al meteen 25 ‘catacombenheiligen’ hun weg naar Zwitserland.
In kloosters werden de skeletten vervolgens opgesmukt om uiteindelijk meestal in parochies te belanden. Daar werden ze tentoongesteld in glazen kisten of dreigend rechtopstaand, steevast beladen met sieraden en gekleed in de fijnste gewaden of imposante wapenrusting (zie foto: Sint-Pancratius).
De geraamtes dwongen respect en vrees af. Er werden optochten mee gehouden, die dan weer eindigden in feestgelag. De dood was overwonnen!
Tot halverwege de 19de eeuw werden catacombenheiligen wereldwijd verscheept.
Zelfs de Amerikaanse staat Californië mocht er één verwelkomen. Halloween in de omgekeerde richting.
Nadien werd het wat stil rond de catacombenheiligen. Voortschrijdend inzicht verzwakte het geloof in de authenticiteit en uiteindelijk werd het toch maar een macaber schouwspel. De skeletten verdwenen veelal naar zijaltaren of werden opgeborgen en vergeten. Maar niet overal.
In Roggenburg (Beieren) trekt nog steeds een jaarlijkse processie uit met als centrale stukken de vier catacombenheiligen die de kerk rijk is. De geraamtes worden dan in vol ornaat in draagkasten rondgedragen in de stad. Niet ver daarvandaan, in Rottenbuch, haalden inwoners in 1970 een grote som geld op om de 200 jaar eerder afgevoerde heiligen Primus en Felicianus terug te kopen. Sinds 1977 tronen deze catacombenheiligen opnieuw in hun glazen kasten.
Bron: Historiek