‘Echte honger kennen we niet’
An Maes uit Wervik trekt voortaan mee aan de kar van Broederlijk Delen en strijdt in 2018 mee voor voldoende en gevarieerd voedsel op ieders bord
Wanneer onze maag knort, denken we dat we honger hebben. Maar hoe vaak is dat werkelijk het geval? „Velen van ons verwarren trek inderdaad vaak met honger”, zegt An Maes uit Wervik, sinds september aan de slag bij Broederlijk Delen als verantwoordelijke voor de vrijwilligerswerking in West-Vlaanderen. „In het Oost-Afrikaanse Uganda daarentegen is het verschil duidelijk. Velen eten er slechts één maaltijd per dag en dan nog vaak hetzelfde. Daarin willen we dit jaar verandering brengen.”
– Waarom maakte u de overstap naar Broederlijk Delen?
Ik wilde altijd al aan de slag bij een niet-gouvernementele organisatie. Heel wat ngo’s zijn echter in Brussel gevestigd en ik woon in het verre Wervik. Met een gezin met drie opgroeiende kinderen is dat niet vanzelfsprekend. Dus bleef ik voorlopig leerkracht Frans aan het Vrij Agro- en Biotechnisch Instituut in Roeselare, een baan die ik vijftien jaar lang met plezier deed. Tot ik vorig jaar vernam dat ze bij Broederlijk Delen iemand aanwierven. Mijn belangstelling voor de derde wereld is niet nieuw. In 2011 ging ik mee op inleefreis naar Peru in Latijns-Amerika. Twee jaar geleden verbleef er zelfs een gaste, Ligia, in ons gezin. Ook op school organiseerde ik acties voor het Zuiden, al lukte het niet altijd om alle neuzen in dezelfde richting te krijgen. Dat frustreerde me soms. Ik wilde meer kunnen doen. Dus waagde ik mijn kans bij Broederlijk Delen.
– Dit jaar voert Broederlijk Delen campagne in Uganda. Waarop ligt de focus?
Wereldwijd is er voldoende voedsel beschikbaar. Desondanks is honger voor 815 miljoen mensen een dagelijkse realiteit. Velen onder hen zijn boeren uit ontwikkelingslanden die zelf hun voedsel kweken, wat maakt dat ze weinig gevarieerd eten. Daaraan willen we met Broederlijk Delen iets veranderen. Niet enkel door de boeren in het Zuiden te leren hoe ze zelf kunnen voorzien in een beter levensonderhoud, maar ook door mensen van bij ons bewust te maken van het belang van en duurzame landbouw- en voedselproductie. Door onze levenswijze kunnen we mee de honger de wereld uit helpen. Zo hangt er bij ons thuis in de keuken [node:field_streamers:0] een seizoenkalender die we zo veel mogelijk proberen te volgen. Geregeld kopen we producten bij lokale boeren. Voorts hebben we slechts één auto, die we niet onnodig gebruiken, en gebruiken we zo veel mogelijk de fiets of het openbaar vervoer. Elke bijdrage, hoe klein ook, telt.
– Wat staat er de komende maanden zoal op het menu in jullie werking?
Naast de lanceeravonden, voor West-Vlaanderen op 15 januari, zijn er de gebruikelijke activiteiten zoals Koffiestop, Culinair solidair en diverse sportieve evenementen zoals Dwars door België. Nieuw is onze wenskaartenactie. We verkopen een set van vijf wenskaarten met zaadjes in verwerkt. Bedoeling is die te planten. Na een zestal weken komen er bloemen tevoorschijn. Nieuw is ook onze spandoekenactie. Vrijwilligers van parochies en scholen kunnen sinds enkele weken in het regionale secretariaat een spandoek afhalen met daarop de slogan Tot iedereen mee is. Wij zijn mee om die gedurende de hele vasten op een zichtbare en openbare plaats, bij voorkeur buiten, op te hangen. In september organiseren we voor het eerst Broodje lokaal, een soort picknick voor dewelke we broodjes verkopen waarbij duidelijk is hoe veel kilometer de gebruikte ingrediënten aflegden.
– Over een maand begint de veertigdagentijd. Hoe beleeft u dat concreet in uw gezin?
Jaarlijks kiezen we samen met de kinderen een actiepunt zoals geen snoep eten of frisdrank drinken. De ene dag lukt dat beter dan de andere. Belangrijker dan die concrete acties vind ik dat de kinderen bewust worden van de ongelijkheid in de wereld en leren delen van wat ze hebben. Zo plaatsen we jaarlijks in november in de gang een doos waarin ze oud speelgoed kunnen deponeren om aan kinderen van kansarme gezinnen te schenken. Vorig jaar was ik het vergeten en herinnerden zij me eraan. Op zo’n momenten voel ik dat onze opvoeding, gericht op de vorming van een open blik op de wereld, loont. Geregeld helpen de kinderen mee in de Oxfam-Wereldwinkel in Wervik, waar ik ook verantwoordelijk ben voor de vrijwilligers. Mijn baan bij Broederlijk Delen ligt dus in de lijn van wat ik in mijn vrije tijd doe. Als dat niet mooi is.
De lanceeravond van Broederlijk Delen in West-Vlaanderen vindt plaats op 15 januari in cultureel centrum De Spil in Roeselare (Hippoliet Spilleboutdreef 1). Onthaalmarkt vanaf 19 uur. Aanvang podiumprogramma Zet je (bord) bij om 19.45 uur. Meer info en een overzicht van de keuze- activiteiten via 051 26 08 02 of op www.broederlijkdelen.be.