Hulp is broodnodig
Voedselbank Limburg strijdt al kwarteeuw tegen honger en voedselverspilling en zamelt overschotten in bij warenhuizen
Vrijdag viert de Voedselbank Limburg haar 25-jarige bestaan met een academische zitting in haar opslag- en kantoorruimtes in Kuringen. De organisatie zamelt er sinds 1993 overschotten in van voedingswaren en stelt die dan gratis ter beschikking van erkende caritatieve verenigingen die ze op hun beurt bezorgen aan minderbedeelden. „Vieren geeft in deze context weliswaar een dubbel gevoel”, zegt communicatieverantwoordelijke Jan Vanbrabant. „Enerzijds zijn we blij dat we kunnen helpen en daar hoort beslist een welgemeende dankjewel aan onze vrijwilligers bij. Anderzijds zou onze organisatie eigenlijk niet mogen bestaan, maar helaas, het aantal behoeftigen neemt elk jaar toe.”
In België moeten één op de zeven mensen rondkomen met een inkomen dat onder de Europese armoedegrens ligt. In een welvarend land zoals België hebben bijna 300.000 mensen voedselhulp nodig. In 2017 hielpen de Voedselbanken 157.151 minderbedeelden, van wie 11.254 Limburgers.
„Dat zijn hallucinante cijfers”, zegt Jan Vanbrabant. „Alles neemt toe in negatieve zin, ondanks de goed-nieuws-show van de overheid. In vijf jaar tijd is het aantal hulpbehoevenden met dertig procent gestegen, in tien jaar tijd gaat het zelfs om 45 procent. In Limburg verdeelde de Voedselbank vorig jaar maar liefst 1.237 ton voedingsmiddelen over 55 caritatieve verenigingen, voornamelijk Sint-Vincentiusverenigingen. Maar we leveren ook aan enkele sociale instellingen in Limburg. We horen van hen vaak schrijnende verhalen. Jammer genoeg ontsnapt onze provincie niet aan de groeiende armoede.”
Winkels en grootwarenhuizen, de agro-industrie en de landbouwers leveren in het magazijn van Voedselbank Limburg in Kuringen voedseloverschotten die nog geschikt zijn voor consumptie. Voorts rijden vrijwilligers met een tweedehandse bestel- en [node:field_streamers:0] vrachtwagen naar distributiebedrijven om levensmiddelen op te halen, producten die worden opgeslagen in rekken, koelruimtes en diepvriezers met een oppervlakte van ruim duizend vierkante meter.
„Dat voedsel was gedoemd tot vernietiging”, weet Vanbrabant. „De caritatieve verenigingen halen verspreid één keer maandelijks hun voedselpakketten op. Die afhaaldagen liggen vast op woensdag en bereiden onze 23 vrijwilligers voor op maandag. We zijn trots op die mannen en vrouwen die wekelijks klaarstaan voor de bedeling in dat koude magazijn. Dat zijn de echte mensen van de Voedselbank Limburg. Onze grote zorg is niet enkel of we in de toekomst nog voldoende voedsel kunnen inzamelen om tegemoet te komen aan de stijgende vraag, maar of we de komende jaren nog jonge vrijwilligers zullen vinden.”
De uitdagingen van Voedselbank Limburg zijn dus veeleer van logistieke aard: vrijwilligers, materieel en producten. De organisatie wil immers een meer gevarieerd en evenwichtig aanbod van producten uitbouwen, zoals groenten en fruit. De ervaring van de nieuwe voorzitter kan daarbij helpen.
„Vrijdag stellen we Jos Craemers voor als nieuwe voorzitter van de vzw achter Voedselbank Limburg. Hij volgt medestichter Roger Van Diest op. Jos Craemers is gewezen directeur van Veiling Borgloon en later van BelOrta, de grootste coöperatieve groente- en fruitveiling van België. Zijn ervaring zal beslist een belangrijke rol spelen in de aanpak van die uitdagingen, ook de financiële. Ondanks vrijwillige medewerkers zijn er structurele kosten zoals huur, transport, brandstof, verwarming en elektriciteit. We ontvangen geen subsidies van overheden, we bestaan enkel dankzij giften. En het is goed dat we er zijn. Voedselbank Limburg draagt immers bij tot de re-integratie en de waardigheid van minderbedeelden”, besluit Jan Vanbrabant.