Maria weet wat het is om een kind te verliezen - Hanna
Vrouwen uit de Bijbel staan dichter bij je dan je denkt. Kolet Janssen ontdekt ze overal om haar heen en vertelt hun verhaal. Ontdek meer Bijbelse vrouwen van nu.
Hanna duwt de zware kerkdeur open. Het is er donker. In de verte flakkeren kaarslichtjes. Met doelbewuste stappen loopt ze naar het grote Mariabeeld. Het is een oud houten beeld, met een vage glimlach om de mond. Wie weet hoeveel mensen hier al hun verdriet en hun zorgen zijn komen uitspreken, denk ze.
Alleen al daarom is ze hier op haar plaats.
Hanna steekt drie kleine, rode kaarsjes aan. Drie, voor de drie jaren dat ze nu al elke maand vergeefs hoopt. Drie jaren op rij heeft ze op het grote familiefeest met Nieuwjaar de nonkels en nichten horen vragen: En wat mogen we jullie wensen? Een baby’tje misschien? En haar steeds krampachtigere glimlach als Frederik die opmerking dan weglachte met uitspraken als Oei, wat moeten we daarmee doen als we op vakantie gaan naar Thailand? Bestaat daar ook een asiel voor?
Drie kaarsjes voor hun drie sterrenkindjes.
Drie keer heeft ze bij het IVF-traject na een terugplaatsing en de obligate wachttijd te horen gekregen: Proficiat, u bent zwanger! Maar drie keer is het een week of twee later toch weer fout gelopen: de bloedwaarden stegen onvoldoende, of er was geen kloppend hartje te zien. Heel eventjes was ze telkens al beginnen te dromen: van een meisje in een vrolijk zomerjurkje met de krulletjes van Frederik, of van een jongetje met ernstige bruine ogen zoals die van haar. Maar de dromen werden drie keer abrupt in flarden gescheurd.
Op sommige dagen lijkt het alsof iedereen behalve zij in verwachting is of baby’s heeft.
De stoepen en de winkels puilen uit van bolle buiken en kinderwagens. Jij hebt het maar makkelijk, zeggen haar collega’s als ze weer eens zes keer op een nacht eruit moesten voor een flesje of een speentje. Of als ze niet naar de film konden omdat ze geen babysit geregeld kregen. Hanna heeft het gevoel dat zelfs haar pijn er niet mag zijn. Hoe kun je verdriet hebben om een kind dat er niet is?
En nu staat ze hier voor Maria. Alweer een vrouw met een kind, denkt Hanna bitter. Maar ook een vrouw die weet wat het is om een kind te verliezen, weet ze. Ze buigt haar hoofd en mompelt alsjeblieft, alsjeblieft, alsjeblieft! Steeds luider klinkt het. Tussendoor snikt ze. Haar tranen doen haar mascara uitlopen. Alsjeblieft! roept ze ten slotte luidkeels. Ze knielt op het harde houten bankje en steunt haar hoofd in haar handen.
Als er een God is, moet hij haar wel horen.
Alles heeft ze gedaan, maar niets heeft geholpen. Zou God haar kunnen helpen? Zou hij ervoor kunnen zorgen dat er eindelijk leven groeit in haar buik? Ik heb zo’n verdriet, fluistert ze. Het doet haar goed om het te kunnen zeggen.
Ze hoort de voetstappen pas als ze vlakbij haar zijn. Een oude vrouw met een vuilniszak en een stofdoek kijkt haar argwanend aan. Ze denkt vast dat Hanna niet goed bij haar hoofd is. Ik ga al, ik was aan het bidden, zegt Hanna. Dan hoop ik dat uw gebed verhoord wordt, zegt de vrouw en ze knikt haar toe. Daarna gaat ze aan het werk. Ze haalt verwelkte bloemen uit twee vazen en stoft de sokkel van het beeld af. Hanna wandelt naar de uitgang, met een vreemd licht hart.
Voor ze de deur weer achter zich laat dichtvallen, kijkt ze nog even de grote ruimte in. Als ik een baby krijg, breng ik hem mee naar hier, belooft ze aan niemand in het bijzonder. Ze ziet het opeens heel helder voor zich: hoe ze met een kinderwagen de kerk zal binnenrijden. En hoe haar baby met grote ogen om zich heen zal kijken. Met verende passen loopt ze naar huis.
Hanna in de Bijbel
Het Hebreeuwse channa betekent 'God heeft mij begenadigd’. In de Bijbel is Hanna een vrouw die jarenlang onvruchtbaar is. Tot ze God aanroept en een zoon krijgt, Samuël. Uit dank brengt ze Samuël naar de tempel om te helpen bij de dienst. Lees het danklied van Hanna in het Eerste Boek Samuël.