‘De Profundis’ in de muziek: 10 opmerkelijke composities
Een dreigend begin | Arvo Pärt (1980)
Laten we beginnen met Arvo Pärt (°1935), want die moet er sowieso bij. Uit de diepte komt het zeker, met dat dreigende begin van basstemmen en orgel. Pärt schreef zijn De Profundis voor vierstemmig mannenkoor, percussie en orgel in 1980.
Dag en nacht verschil | Franz Liszt (1835 en 1881)
Franz Liszt (1811-1886) bediende zich twee keer van Psalm 130. De eerste keer was dat woordenloos, op zijn 24ste, met een ééndelig werk voor piano en orkest van een half uur lang met daarin alle ingrediënten van de onstuimige en zelfbewuste jonge Liszt.
Alleen de titel verwijst naar de bekende psalm.
Zijn tweede De Profundis liet een halve eeuw en een heel leven op zich wachten. Vijf jaar voor zijn dood componeerde hij een versie voor bariton, koor en orgel, die dan weer typisch is voor de oudere, bedachtzame en introverte Liszt. Het verschil kan niet groter zijn: zo overladen de eerste versie, zo uitgepuurd de tweede versie, die je hieronder kunt beluisteren.
Requiem van een 24-jarige | Lili Boulanger (1918)
De dieptes van De Profundis zijn niet alleen het werkterrein van oude, rijpe componisten. Neem nu Lili Boulanger, die haar beloftevolle maar jammerlijk korte leven afsloot met de compositie van het aangrijpende Du fond de l’abîme.
Boulanger was amper 24 toen ze stierf aan de gevolgen van tuberculose.
De Franse componiste (1893-1918) was de dochter van componist Ernest Boulanger, die al 77 was toen zijn jongste dochter werd geboren. Moeder was een 43 jaar jongere Russische zangeres en prinses. Haar oudere zus Nadia werd eveneens een bekende componiste; haar was een veel langer leven beschoren (1887-1979).
Thriller van een 23-jarige | Raminta Serksnyte (1998)
Nog jonger was een andere vrouwelijke componiste toen ze dit De Profundis voor strijkorkest afleverde: de Litouwse Raminta Serksnyte (°1975), één van de rising stars. Het was haar afstudeerwerk aan het conservatorium. Dat we meer en meer van Serksnyte horen, is te danken aan een andere Litouwse rising star, Mirga Grazinyté-Tyla, de dirigente die een cd met muziek van Serksnyte uitbracht. Grazinyté-Tyla is de eerste vrouwelijke dirigent die een contract bij Deutsche Grammophon kreeg — altijd een leuk weetje om uit te pakken bij kenners.
Een woordenloos De Profundis dus - het is ook niet duidelijk of er zelfs een verder verband is met Psalm 130. Het doet je, toegegeven, extra aandachtig luisteren naar dit virtuoze werk, dat de aandacht vasthoudt als in de beste thriller. Luister naar het mysterieuze, krioelende begin. Naar de enorme drive, het motorische ritme dat vaak domineert. Naar de indruk van verbrokkeling die ontstaat door thema's en melodieën die beginnen maar dan weer stoppen. Naar het etherische einde, dat vervliegt.
Kunnen we de ene contrabas in het orkest beschouwen als de centrale figuur?
Luister hoe hij aan het begin (op 0'49") en het einde (op 12'18") op dezelfde manier prominent is. Als de eerste en laatste hartslagen van de mens die daartussenin meer dan 10 minuten zijn weg heeft gezocht, met veel proberen en herbeginnen, soms met veel onstuimige vaart en periodes van bezinning?
Proeve van een 22-jarige | Johann Sebastian Bach (1707)
Van een beloftevolle jonge twintiger gesproken: Aus der Tiefen rufe ich, Herr, zu dir is één van de vroegste cantates van Johann Sebastian Bach. Geschreven op zijn 22ste in Mülhausen.
Zonder de psalm | Dmitri Shostakovich (1969)
Ook in de 14de symfonie van Dmitri Shostakovich (1906-1975) valt er weinig te lachen.
Een sardonisch, grauw werk is het, in 11 delen.
Het openingsdeel heet weliswaar De Profundis, en de bas zingt uit geweldige dieptes, maar de tekst heeft niets te maken met Psalm 130. Het is de Russische vertaling van een gedicht van Lorca over de Spaanse burgeroorlog. De bas treurt, een contrabas gromt terzijde, ijle strijkers kringelen errond als rook: Shostakovich in hoofdletters.
Aanklacht tegen de oorlog | Arthur Honegger (1946)
De Derde Symfonie van de Zwitser Arthur Honegger heeft als bijnaam ‘De liturgische’. Het eerste deel heet Dies Irae, het derde Dona nobis pacem en daartussen De profundis clamavi. Geschreven in 1946 is het een bezinning op de voorbije Tweede Wereldoorlog. Dirigent Herbert von Karajan was van dit werk een groot pleitbezorger.
Hoe sierlijk | Antonio Salieri (1805)
We zakken af in de geschiedenis met een tussenstop bij Antonio Salieri (1750-1825). Zijn eerste De profundis voor koor en orkest is een kort, maar opmerkelijk galant werk met een bezwerende melodie. Geniet van dit kleinood!
Hemels | des Prez (ca. 1520)
Het wringt een beetje om een De Profundis hemels te noemen — zeker na wat we hierboven allemaal hebben meegemaakt — maar voor de versie van Franco-Vlaming Josquin des Prez willen we moeite doen. Geschreven begin de 16de eeuw, door – wellicht – des Prez, want sommigen wijzen het toe aan tijdgenoot Nicolas Champion, ook wel Nicolas Liégeois genaamd wegens afkomstig uit Luik.
Gregoriaans
Ook deze moet erbij, als begin en einde van de reeks: een Gregoriaans De Profundis.
• Zelf nog mooie muzikale versies van ‘De Profundis’ in gedachten? Deel ze hieronder!