Commentaar bijbellezing 14/7: ‘Twee aan twee’ - Lode Aerts
Evangelie: Marcus 6, 7-13 - ‘Hij gaf hun macht over de onreine geesten’
In die tijd riep Jezus de twaalf bij zich en begon hun twee aan twee uit te zenden. Hij gaf hun macht over de onreine geesten en verbood hun iets anders mee te nemen voor onderweg dan alleen een stok: geen voedsel, geen reiszak, geen kopergeld in hun gordel. ‘Wel moogt ge sandalen dragen, maar trekt geen dubbele kleding aan.’ Hij zei verder: ‘Als ge ergens een huis binnengaat, blijft daar tot ge weer afreist. En is er een plaats waar men u niet ontvangt en niet naar u luistert, gaat daar dan weg en schudt het stof van uw voeten als een getuigenis tegen hen.’ Zij vertrokken om te prediken dat men zich moest bekeren. Zij dreven veel duivels uit, zalfden veel zieken met olie en genazen hen.
Commentaar Lode Aerts: ‘Twee aan twee'
Jezus zendt de twaalf leerlingen, die Hij geroepen heeft. Al eerder vertelde Marcus dat ze geroepen waren met een dubbel doel: Jezus vergezellen en de mensen het evangelie brengen (Mc 3,13). Wat ze ervaren in Jezus’ gezelschap vervult hen zo, dat ze het met anderen kunnen delen. Samen zitten aan dezelfde tafel, altijd mogen herbeginnen en hoop hervinden: die bronnetjes ontspringen bij Jezus en stromen vanzelf naar buiten.Vandaag vertelt Marcus hoe de leerlingen dat goede nieuws moeten uitdragen. Dat zij twee aan twee worden gezonden, is absoluut geen detail. Hun zorg voor elkaar zegt zonder woorden waar het evangelie over gaat. Hun predicatie over Gods liefde zou ongeloofwaardig worden wanneer ze de liefde onder elkaar beschamen. Het is ook geen wonder dat Jezus hen zo weerloos op weg stuurt: zonder voedsel of reiszak, zonder geld of dubbele kleding, net als hun Meester. Die armoede moet tonen dat de blijde boodschap niet steunt op eigen kracht of vernuft. Het goede nieuws betreft Góds onverdiende liefde en zijn ‘kracht openbaart zich ten volle wanneer iemand zwak is’ (2Kor 12,9).In al hun eenvoud hebben de leerlingen niets te vrezen. Waar ze niet ontvangen worden, mogen ze rechtsomkeer maken. Waar ze openheid ervaren, kunnen ze mensen genezen en onreine geesten verdrijven.
Kunnen wij dat ook nog vandaag als leerlingen van Jezus? Ja, dat kunnen wij, als leerlingen van Jezus. De demonen van eenzaamheid en onbegrip, van angst en hebzucht, van wrok en haat, van bitterheid en hopeloosheid hoeven niet het laatste woord te krijgen. Al die onreine geesten wijken voor een rein hart, dat volgens Jezus in staat is om God te zien (Mt 5,8). We zijn zalig als we een zuiver hart hebben, want dan kunnen we werkelijk God zien. Niet langer verblind door demonen die ons op onszelf fixeren, gaan onze ogen dan open voor de broer en de zus waarin Jezus zich laat kennen, ja voor elke mens als beeld van God. Zo zien we God – net als de eerste leerlingen – niet enkel in Jezus’ gezelschap, maar ook in allen tot wie we gezonden zijn.
Lode Aerts is bisschop van Brugge.