Stappenplan en 12 ideeën om kloostertuinen te herwaarderen
Niet zo lang geleden mocht ik kennismaken met een groep enthousiaste vrijwilligers die een kloostertuin zal helpen herbestemmen en onderhouden.
Wat met de tuin, is een vraag die wel meer religieuze gemeenschappen zich stellen, ook als herbestemming niet aan de orde is.
Ouder wordende gemeenschappen kunnen immers het onderhoud vaak niet meer dragen.
De vrijwilligersgroep toont aan dat een hele buurt zich mee wil ontfermen over de groene oase van een klooster. Trouwens met een oprechte bekommernis om de ziel en het spirituele karakter van de plek te bewaren. Dat stemt hoopvol!
We gingen te rade bij biologe Tini Brugge voor een stappenplan en ideeën die kunnen inspireren om kloostertuinen een nieuwe bezielde toekomst te geven. Zij verrichtte in Nederland pionierswerk over kloostertuinen en schreef er onder andere dit boek over: Geheimen uit de kloostertuin: tuinbeleving als inspiratiebron (Bib - Bol). In 2012 publiceerde ze bovendien een handreiking bij herbestemming en herinrichting van kloostertuinen.
Stappenplan om kloostertuinen te herwaarderen
Deze stappen kunnen houvast geven om tot een nieuw tuinconcept te komen. Zo blijf je niet in rondjes draaien en krijgen alle betrokkenen wat zicht op het gevolgde pad.
- Zoek een trekker en identificeer mogelijke bondgenoten: om het proces te begeleiden, heb je iemand nodig die aan de kar trekt. Mogelijk zijn er ook bondgenoten te vinden die mee kunnen ondersteunen: de gemeente, een buurtcomité, een tuinarchitect, de regionale toeristische dienst, een erfgoedcel, PARCUM, een natuurvereniging…
- Breng de huidige waarden van de kloostertuin in kaart: wie zijn de gebruikers, welke functies vervult de tuin, welke thema's vallen op in de geschiedenis, welke symbolen en beelden bevat de tuin, wat zijn structurerende elementen, welke planten of groenvormen zijn van belang, wat is de ecologische of landschappelijke waarde, enzovoort.
- Verzamel dromen en wensen om tot een gezamenlijke herbezieling te komen: als de tuin (deels) een publieke functie zal krijgen, betrek dan ook de buurtbewoners, de gemeente, scholen en instellingen in de buurt, natuurverenigingen, artistieke instellingen…
- Vertaal de wensen in een tuinconcept: dat bevat de grote krijtlijnen van functies, betekenissen en tuintypes die de tuin zal combineren. Inspiratie vind je in de ideeënlijst hieronder.
- Bepaal prioriteiten, stakeholders en financiële consequenties en mogelijkheden: tijd voor een reality check. Wat kan er, wat moet er eerst, wie zal er betrokken zijn in het ontwerp en onderhoud van de tuin, wat mag het kosten en wie zal dat betalen?
- Maak het gedetailleerde tuinontwerp: van de structurele elementen tot en met het beplantingsplan. Mogelijk heb je een werkgroep of zelfs deskundige begeleiding nodig om dit te realiseren.
- Maak een beheersplan: een tuin ontwerpen is leuk, maar hij moet natuurlijk ook aangelegd en onderhouden worden. In het beheersplan leg je vast wie er allemaal zal meewerken, vrijwillig of betaald. Je legt verantwoordelijkheden vast, de verschillende overlegorganen en, last but not least, de eindverantwoordelijke. Je hebt een duidelijke tuinbaas nodig die de dagelijkse gang van zaken coördineert, contacten met alle betrokkenen onderhoudt, de overlegmomenten organiseert en het concept van de tuin belichaamt en laat groeien.
- Richt eventueel een tuinfonds op: zonodig kan financiering aangevuld worden via crowdfunding, subsidies, evenementen of verkoop van tuinproducten, zoals bloemen, confituur, sap, kruidenpreparaten, enzovoort. Misschien is het zinvol om daarvoor een apart fonds op te richten.
Niet zo simpel om een nieuwe tuin te bedenken? En dan begint het echte werk pas: aanleg, beheer, communicatie, vrijwilligerswerking… ;-)
12 ideeën om kloostertuinen te herwaarderen
Kloostertuinen hebben iets bijzonders. Je moet niet heel religieus zijn om dat aan te voelen. Om dat bijzondere in het nieuwe tuinontwerp te bewaren, kunnen deze ideeën voor tuinelementen inspireren.
Elke tuin zal natuurlijk een collage zijn van verschillende elementen. Toch kan het voor publieke tuinen een goed idee zijn om één speerpunt te kiezen. Dat vergemakkelijkt de communicatie naar buiten toe.
- Binnentuin: letterlijk en figuurlijk het hart van veel kloosters, ook wel pandhof genoemd. De binnentuin is een ruimtelijke steun om naar binnen te keren, een ruimte om innerlijkheid te beleven en te cultiveren door middel van stilte, meditatie en gebed. Het pandhof heeft vaak een sterk symbolische vormgeving. Een centrale fontein of levensboom, vier paden die vanuit het centrum als rivieren de vier windstreken bevloeien, allemaal verwijzingen naar het paradijselijke leven met God als centrum.
- Watertuin: water is bron van leven, niet alleen in biologische zin, maar ook in spirituele. In het Evangelie volgens Johannes zegt Jezus aan een Samaritaanse vrouw die hij bij een waterput ontmoet, dat Hij levend water geeft waarvan je nooit meer dorst krijgt. Het water dat Ik geef, zal in hem een bron worden waaruit water opwelt dat eeuwig leven geeft. (Johannes 4,7-14) Meer recent waarderen we opnieuw het belang van een waterpartij voor meer biodiversiteit in een tuin.
- Boomgaard: kloosters waren van oudsher ook pioniers in voedselproductie, denk maar aan het droogleggen van land om te verbouwen. Bij veel kloosters werden boomgaarden aangelegd. Met het fruit werd bijvoorbeeld stroop of cider gemaakt. De boomgaard is niet alleen een nutstuin, maar heeft ook symbolische waarde. Hij herinnert aan het paradijs waar de mens leefde van de vruchten van bomen. De populariteit van voedselbossen in onze tijd is misschien wel een uiting van dat diepe verlangen van de mens naar een aards paradijs. Een voedselbos in een kloostertuin is dus een populaire én passende invulling.
- Kruidentuin: behalve op het vlak van voedselproductie waren veel kloosters ook pioniers in de geneeskunde. Daar hoorde een kruidentuin bij met geneeskrachtige kruiden. In onze tijd is kruidengeneeskunde, nu meer wetenschappelijk onderbouwd, terug van (nooit) weggeweest. De Norbertijnenabdij van Postel specialiseert zich in de kweek van geneeskrachtige kruiden en de verwerking ervan in capsules, crèmes, siropen en thee. De Abdijsite Herkenrode heeft zelfs een heus kruidenpark van 2 hectare groot. Met meer dan 500 verschillende kruidensoorten is het een educatieve inspiratietuin voor het grote publiek.
- Symbolische tuin: veel planten kregen in de loop van de eeuwen een religieuze betekenis. Die associaties bieden mogelijkheden om de tuin een diepere betekenislaag mee te geven. Een Bijbeltuin bevat bijvoorbeeld planten die ook in de Bijbel voorkomen. Bij een Mariabeeld kan een Mariatuin aangelegd worden met bloemen die verwijzen naar Maria. Sommige planten verwijzen naar heiligen, zoals het Sint-Janskruid. Misschien heeft de stichter van de orde van de abdij wel een plant naar zich vernoemd. Ook geometrische vormen en getallen hebben een religieuze betekenis. De driehoek verwijst naar de Drie-eenheid, de cirkel naar eeuwig leven en oneindigheid, het vierkant naar de 4 elementen en naar gerechtigheid. Een liturgietuin bevat planten die verwijzen naar de christelijke feesten en de kringloop van het kerkelijke jaar. De liturgietuin kan ook dienst doen als pluktuin voor het liturgische bloemschikken.
- Herdenkingstuin: soms ontstaat een tuin uit de herinnering aan oorlogen of andere traumatische gebeurtenissen. Mensen hebben plekken nodig om te kunnen gedenken. In 2023 wordt er bijvoorbeeld een tuin aangelegd op de plaats van het huis van Dutroux. Zijn er in de lokale gemeenschap trauma's waarvoor een kloostertuin heling kan bieden?
- Begraafplaats: een bijzondere vorm van de herdenkingstuin. In veel kloostertuinen werden van oudsher overleden kloosterlingen begraven. Te veel begraafplaatsen liggen er verwaarloosd en doods bij. Terwijl het christendom toch leert dat de dood doorgang is naar nieuw en onvermoed leven. Het is dan ook zinvol om voor de begraafplaats een eigen betekenisvol tuinontwerp te bedenken. Passend zijn bijvoorbeeld inheemse bessen- of botteldragende struiken, zoals bosroos, kornoelje, duindoorn, egelantier, hulst, hondsroos, mispel, meidoorn, lijsterbes, vlier of sporkehout. Ze verwijzen naar een leven dat vrucht draagt. Ook planten die eeuwig leven en verrijzenis suggereren, zijn natuurlijk op hun plaats, zoals altijdgroene klimop en mos.
- Moestuin: om in hun levensonderhoud te voorzien moesten monniken vaak zelf boeren. In onze tijd van voedselproductie op industriële schaal, heeft de moestuin behalve een nutsfunctie ook een symbolische waarde. In de moestuin kunnen we opnieuw aan den lijve ervaren dat het de aarde is die ons voedt. Misschien wordt het dan ook een plek waar we opnieuw kunnen leren om zorgzaam om te springen met het ecologische systeem. Hoe kunnen we de aarde voeden terwijl we onszelf voeden? In plaats van roofbouw te plegen op de bodem en de biodiversiteit. Een klooster met een echt grote tuin kan ervoor kiezen om volkstuintjes in te richten waar mensen de kneepjes kunnen leren van het ecologische moestuinieren.
- Natuurtuin: kost het onderhoud van de tuin te veel moeite? Waarom dan niet een deel (gecontroleerd) laten verwilderen? Rewilding is het hippe woord daarvoor. Een kloostertuin kan zo een demonstratietuin worden om te leren over ecologie, biodiversiteit en goede praktijken voor natuurlijk(er) tuinieren. Een bijzondere vorm is het minibos of urban forest, een techniek waarmee op een kleine oppervlakte en op weinig tijd een echt zelfstandig bosje gecreëerd kan worden. Een stukje natuur waarin we ons letterlijk en figuurlijk opgenomen mogen voelen, heeft ook een grote waarde voor onze mentale gezondheid. Ervaren dat de natuur ons letterlijk omvat en overstijgt, voorafgaat en zal overleven, is voor veel mensen vandaag de dag zelfs een moment van spiritueel wakker worden.
- Heemtuin: een educatieve tuin die ons wil laten kennismaken met inheemse flora en fauna. Een heemtuin is qua vormgeving meestal een stuk strakker dan de natuurtuin, soms met aanplanting in duidelijk gelabelde vakken. Veel heemtuinen werden aangelegd in de jaren 1960 en verloren daarna aan populariteit. Recent hebben tuiniers weer een grote interesse in inheemse planten, vooral om de tanende biodiversiteit een duwtje in de rug te geven. Er bestaat dus een nood om inheemse planten beter te leren kennen en te kunnen zien. Een kloostertuin met een wat strakker grondplan kan daarop gemakkelijk inspelen.
- Stiltetuin: nodigt door zijn vormgeving en inrichting uit om stil te worden, zowel uiterlijk als innerlijk. Onze tijd herontdekt de waarde van stilte en de noodzaak om plekken te cultiveren waar ervaring van stilte, fysiek zowel als mentaal, mogelijk is. Kloostertuinen kunnen een bijdrage leveren aan de noden van deze tijd door hun traditionele rol van oord van innerlijkheid en stilte opnieuw in de verf te zetten. In een stiltetuin zijn afscherming en overgang van groot belang. Men moet kunnen ervaren dat men zich eventjes uit het gewoel van het gewone leven terugtrekt. Verder kunnen U-vormige nissen met een bankje nodigen uit om te zitten, te mediteren of een boek te lezen. Ook in de beplanting kan men rust en eenvoud nastreven. Bijvoorbeeld door te werken met groepsbeplanting, te kiezen voor een combinatie van grassen, grijsbladigen en witte bloemen, of zelfs door te gaan voor alleen maar groene planten, varens en mossen, zoals in de mostuin.
- Helende tuin: een natuurlijke omgeving is goed voor je fysieke én mentale gezondheid. Ook zelf de handen uit de mouwen steken in de tuin en leren hoe je natuurlijke processen kan bevorderen, kan helend zijn. Steeds vaker worden tuinen ingezet als helende omgeving waar kwetsbare mensen weer iets van veerkracht kunnen tanken. Zoals in het Cottelhoekbos van het psychiatrisch ziekenhuis Karus in Melle. Daar werken en ontspannen zorgvragers samen met vrijwilligers in het voedselbos en de moestuin. Voor welke kwetsbare groepen in de directe omgeving kan de kloostertuin misschien een helende oase worden?
Ook als de draagkracht van de gemeenschap beperkter wordt, is een mooie toekomst mogelijk voor kloostertuinen. Met veel goede wil en wat hulp van de omgeving.
Meer weten
- Religieuze inspiratietuinen: website van de Raad van Kerken in Nederland waaraan Tini Brugge meewerkte.
- Tini Brugge, Isabel Rottiers. Geheimen uit de kloostertuin: tuinbeleving als inspiratiebron. Lannoo / Ten Have, 2006, ISBN 9789059950610, 160 pagina’s. Bib - Bol