Welke boom kiezen voor je tuin? Wanneer en hoe plant je een boom?
Heb je tuinvragen of tips voor onze tuinrubriek? Stuur ze naar onze tuinredacteur via sim.dhertefelt@otheo.be.
Een boom plant je voor het leven.
Je gaat dus het beste niet over één nacht ijs wanneer je een boom kiest voor je tuin. Er zijn wel wat afwegingen te maken.
Maar laat je ook niet afschrikken. Elke boom of struik is een aanwinst voor je tuin en voor de natuur. Trouwens veert ook je ziel helemaal op als je een boom plant. Echt waar!
Vooral doen dus. Met deze complete startersgids ben je goed voorbereid.
Waarom bomen planten?
Bomen en grote struiken zijn super waardevol voor elke tuin. Enkele voordelen op een rij.
- Bomen verkoelen de omgeving omdat ze voor schaduw zorgen en water verdampen. Grote bomen verkoelen evenveel als 10 airco’s berekende Wageningen University & Research. In onze hete zomers zijn ze onmisbaar om tuinen leefbaar te houden voor mensen, dieren en planten.
- Bomen en grote struiken zijn bijzonder nuttig voor insecten en andere dieren. Wist je dat er op wilgen wel 450 verschillende insecten leven?
- Veel bomen en struiken leveren ook lekkers voor mensen, zoals bessen, bloesems, vruchten en noten. Van sommige bomen kan je zelfs het blad eten, zoals de linde en de uiensoepboom (Toona sinensis).
- Bomen verminderen fijn stof in de lucht door het vast te leggen op bladeren en op de schors.
- Bomen zijn gewoon erg mooi. Je kan een boom kiezen met net die vorm, herfstverkleuring, bladvorm of schors waar jij van houdt. Wist je dat bomen in de buurt van je woning de waarde ervan verhoogt met 10 tot 20%?
- Bomen leveren nuttig materiaal, zoals blad en houtsnippers, dat onmisbaar is om te mulchen of compost te maken. Rechte takken kan je gebruiken als steun voor andere planten.
- Bomen slaan CO2 op in de bodem en helpen zo de klimaatopwarming tegengaan. Ze produceren zuurstof die wij nodig hebben om te ademen.
Nog meer redenen om bomen te planten - Centrum Duurzaam Groen
Hoe kies je een boom voor je tuin?
Er is een boom of struik voor elke tuin, zelfs voor kleine tuinen.
Natuurlijk moet je op de eerste plaats rekening houden met de hoogte en vooral de breedte van de volwassen boom. Je moet er de ruimte voor hebben. Meet dus je tuin op en zoek de volwassen grootte op van de bomen die je overweegt.
Gelukkig heb je een ruime keuze aan soorten. Voor een kleine tuin kies je eenvoudigweg een kleine boom. Boomkwekerijen delen bomen in naar hun maximale grootte in 4 categorieën:
- Categorie 1A: reuzen die hoger worden dan 20 meter, zoals beuk, linde, eik, den, populier,
- Categorie 1B: grote bomen van 12 tot 20 meter, zoals es, els, berk, haagbeuk, esdoorn, wilg,
- Categorie 2: de middenmoters tussen 6 en 12 meter, zoals lijsterbes, vijg, olijfwilg, moerbei, sierkers, jeneverbes, veldesdoorn, hoogstam fruitbomen,
- Categorie 3: de kleine bomen van minder dan 6 meter, zoals kornoelje, kweepeer, mispel, meidoorn, hazelaar, laagstam en halfstam fruitbomen, wilde kardinaalsmuts.
Om je een idee te geven: een huis met een gelijkvloers en een dak erop is ongeveer 9 meter hoog.
In de gemiddelde Vlaamse tuin is er plaats voor bomen van categorie 2 en 3.
Al speelt ook de vorm een rol. Sommige bomen blijven smal, zogenaamde zuilbomen, zoals haagbeuk, populier, jeneverbes, cipres, goudiep, varianten van de zomereik en de esdoorn, enz.
Fruitbomen, zoals appels, peren en pruimen, worden meestal geënt op een onderstam die bepaalt hoe hoog de boom wordt. Daarom kan je veel fruitrassen verkrijgen in verschillende varianten, als laagstam, halfstam of hoogstam. Meer daarover hieronder bij de eetbare bomen.
Wie wat groene vingers heeft die kan grote bomen kleiner houden door knotten of leiden. Soorten die vaak als leiboom gekozen worden zijn linde, fruitbomen, plataan, moerbei, haagbeuk en veldesdoorn.
Behalve de grootte, wil je misschien nog rekening houden met deze andere criteria:
- licht en vocht op de standplaats,
- eetbare vruchten, noten of bloesems voor mensen,
- inheems en ecologische waarde,
- sierwaarde, zoals herfstverkleuring en speciale bladvormen,
- pollenproductie als je last hebt van hooikoorts.
Zie je even door de bomen het bos niet meer?
Lees dan even verder en gebruik vervolgens de bomenwijzer: vul je criteria in en voilà, daar heb je een beperkte selectie die past bij jouw tuin en voorkeuren.
Trouwens zijn er in de handel honderden gekweekte cultuurvarianten (zogenaamde cultivars) te vinden met specifieke eigenschappen. Zo zijn er zuilvarianten en kleine varianten van bomen die in de natuur een brede vorm hebben of veel groter zijn. Deze cultivars zitten niet allemaal in de bomenwijzer. Je zal je keuze dus verder moeten verfijnen met behulp van Google, de catalogus van een kweker of een goed boek, zoals De juiste boom voor elke tuin van Martin Hermy.
Welke boom geeft veel schaduw?
Niet alle bomen geven evenveel schaduw. Sommige filteren wel het zonlicht, maar laten nog behoorlijk wat licht door. Andere geven echt een diepe, donkere schaduw.
Het is maar wat je verkiest. Diepe schaduw verkoelt het meest, maar zal de plantgroei onder de boom afremmen. Als diepe schaduw over een raam van je woning valt, zal het de lichtinval sterk verminderen.
Een vuistregel is dat hoe groter het blad is, hoe dieper de schaduw.
Bomen met een diepe schaduw zijn bijvoorbeeld:
- Boswilg - Salix caprea
- Veldesdoorn - Acer campestre
- Olijfwilg - Eleagnus angustifolia
- Vijg - Ficus carica
- Kornoelje - Cornus mas
- Kweepeer - Cydonia oblonga
- Mispel - Mespilus germanica
Welke boom kiezen voor een heel kleine tuin?
Ook in een kleine stadstuin, zelfs een minituintje, is er ruimte voor een kleine boom, een zuilboom of een struik. Uiteraard ook voor leibomen langs een muur als je wat handig bent.
Voorbeelden van bomen voor een minituin zijn:
- Japanse esdoorn - Acer palmatum ‘Shirazz’
- Sporkehout - Frangula alnus ‘Columnaris’
- Japanse hulst - Ilex crenata ‘Fastigiata’
- Boswilg - Salix caprea ‘Kilmarnock’
- Jeneverbes - Juniperus communis ‘Arnold’
- Laurier - Laurus nobilis
Welke bomen kunnen goed tegen droogte?
Lange periodes van droogte tijdens de lente en de zomer zijn geen uitzondering meer. Sommige bomen zijn daar beter tegen bestand dan andere.
Zeker als je tuin in een stedelijke omgeving ligt (hitte-eiland-effect) en als je tuiniert op zandgrond, kan je op zoek gaan naar een droogteresistente boom.
Enkele voorbeelden:
- Wilde lijsterbes - Sorbus aucuparia
- Witte moerbei - Morus alba
- Zwarte moerbei - Morus nigra
- Amerikaans krentenboompje - Amelanchier lamarckii
- Olijfwilg - Eleagnus angustifolia
- Vijg - Ficus carica
- Jeneverbes - Juniperus communis
- Pluimes - Fraxinus ornus
Welke inheemse bomen en struiken zijn een ecologische aanwinst?
Elke boom of struik is een aanwinst voor je tuin. Maar om de biodiversiteit van je tuin te boosten, hebben inheemse soorten een streepje voor.
Op de inheemse wilg leven wel 450 verschillende soorten insecten en mijten. Op de uitheemse robinia slechts 2. Dat zegt genoeg.
Wil je de natuur maximaal stimuleren, kies dan een boom of een struik van bij ons.
Laat je inspireren door onze lijstjes van inheemse struiken, bomen en klimplanten
Welke bomen hebben een spirituele betekenis?
Bomen spreken al tienduizenden jaren lang tot de spirituele en religieuze verbeelding. Met hun takken in de hoogte en wortels in de diepte, staan ze symbool voor de verbinding tussen hemel en aarde.
We planten nog altijd bomen om belangrijke gebeurtenissen te gedenken die met leven en dood te maken hebben, denk maar aan geboortebossen en vredesbomen.
De Kelten hadden een boomhoroscoop waarbij elke dag van het jaar verbonden werd met een boomsoort en een persoonlijke eigenschap. Op mijn verjaardag is dat de esdoorn die staat voor eigenzinnig… ja, ik beken. ;-)
In de Bijbel worden veel bomen bij naam genoemd. Wij onderzochten of ze passen in een doorsnee Vlaamse tuin.
9 Bijbelse bomen en struiken. Zijn ze geschikt voor je tuin?
Welke eetbare bomen leveren vruchten, noten en eetbaar blad?
Bomen waar je van kan eten, herinneren aan het paradijs. Het goede leven valt ons zomaar in de mond. ;-)
Klassieke bomen met eetbare noten zijn:
- hazelaar: ook geschikt voor kleine tuinen,
- walnoot: heel groot, maar er zijn ook varianten die iets kleiner blijven, zoals de Juglans regia 'Broadview' met 15-20 meter,
- tamme kastanje: groot, maar er zijn ook gekweekte varianten voor kleine tuinen.
Op een zonnige en beschutte plek kan je zelfs amandelen (Prunus dulcis) kweken.
Van de liefhebbers van de klassieke appel, peer en pruim zijn er massa’s rassen te krijgen. De uiteindelijke grootte van de boom is afhankelijk van de onderstam waarop de rassen zijn geënt:
- laagstam: doorgaans 2 à 4 meter hoog,
- halfstam: rond de 5 meter,
- hoogstam: wel 7 meter of meer. Een hoogstam vertakt op ongeveer 2 meter hoogte, zodat je onder de boom kan doorlopen.
De meeste fruitbomen hebben kruisbestuiving nodig om vruchten te dragen. Dat wil zeggen dat je meerdere bomen van verschillende rassen moet planten, tenzij je buren er al hebben staan. Hou er rekening mee dat de plantafstand tussen fruitbomen ongeveer gelijk is aan de hoogte van de bomen. Van de klassieke fruitbomen zijn ook gekweekte zuilvarianten in de handel die passen in de kleinste tuin.
Hou er rekening mee dat klassieke fruitbomen soms wat nazorg nodig hebben (snoei) en gevoelig kunnen zijn voor ziektes.
Kijk daarom ook eens naar deze minder gekende eetbare bomen:
- Zwarte moerbei - Morus nigra
- Vlier - Sambucus nigra
- Gele kornoelje - Cornus mas
- Krentenboompje - Amelanchier (verschillende soorten)
- Uiensoepboom - Toona sinensis
- Vijg - Ficus carica
- Pawpaw - Asimina triloba
- Kweepeer - Cydonia oblonga
Waar koop je een boom?
Je koopt een boom het beste rechtstreeks bij een ervaren boomkweker met een goede reputatie. Liefst ook met een biocertificaat. Vraag ook eens na bij familie, buren of kennissen die al wat ervaring hebben. Je kan ook informeren bij een lokale ecologische tuinvereniging. Soms kan je daar intekenen op een groepsaankoop.
Let erop dat je nieuwe boompje een mooi rechte stam heeft en regelmatig vertakt is. Een onevenwichtige jonge boom wordt nooit meer recht.
Je zal merken dat er een enorm prijsverschil bestaat, van enkele euro’s tot honderden en zelfs duizenden euro’s. Dat heeft vooral te maken met de leeftijd van de boom. Hoe ouder, hoe duurder. Wie geduld heeft, kan voor weinig geld jonge boompjes kopen.
Als je wat geluk hebt, krijg je zelfs spontane bomen op bezoek. De afgelopen jaren kreeg ik zo gratis en voor niks een es, eik, boswilg, vlier en tamme kastanje. Gebruik een app, zoals Obsidentify, om zaailingen te identificeren, graaf ze uit en geef ze een aanvaardbare plek in je tuin. Als ze te groot worden, kan je ze nog altijd wegdoen.
In de handel zijn drie soorten plantmateriaal beschikbaar:
- Bomen met naakte wortel worden in de rustperiode uitgegraven en zonder aarde geleverd. Alleen de courante boomsoorten zijn zo verkrijgbaar. Vaak is het de goedkoopste optie. Let erop dat de wortels niet uitdrogen tijdens het transport. Plant de bomen zo snel als je kan na levering. Moet je toch enkele dagen wachten, zet de boom dan windvrij weg en bescherm de wortels tegen uitdrogen, bijvoorbeeld door ze te bedekken met vochtige aarde.
- Bomen met kluit worden met aarde geleverd, gewikkeld in jutte en eventueel versterkt met een ijzerdraadnet. Deze bomen hebben het meeste kans om aan te slaan omdat de overgang minimaal is.
- Bomen in pot of container zijn het hele jaar door te koop. De boom mag niet langer dan 2 groeiseizoenen in de pot gekweekt zijn. Anders hebben de wortels de neiging om te gaan rondgroeien en dat levert geen gezonde bomen op.
Wanneer plant je een boom?
Bomen met naakte wortel plant je het beste tussen half november en half februari en bij voorkeur van half november tot half december.
Bomen met kluit en in pot zijn het hele jaar door verkrijgbaar, maar de beste plantperiodes zijn half september tot half december en februari tot half mei. Het najaar heeft de voorkeur omwille van de kans op lange droogte tijdens de lente.
Sommige kwekers vragen dat je ruim op voorhand je nieuwe bomen bestelt, van enkele weken tot zelf een maand of twee. Begin dus op tijd met kiezen.
Wanneer kan ik best aanplanten? - Ecopedia
Waar plant je bomen in je tuin?
Ten eerste zijn er de wettelijke bepalingen. Geen detail, want burenruzies zitten in de lift sinds de coronapandemie. Niet zelden zijn bomen de inzet van het conflict.
Sinds de hervorming van het goederenrecht op 1 september 2021 gelden in Vlaanderen deze regels voor het aanplanten van nieuwe bomen.
- Bomen hoger dan 2 meter moeten op ten minste 2 meter van de perceelsgrens staan, gemeten vanaf het midden van de voet.
- Voor bomen en struiken van minder dan 2 meter volstaat een halve meter afstand tot de scheidingslijn. Dat geldt ook bijvoorbeeld voor een haag of een leiboom die door snoei kleiner dan 2 meter wordt gehouden.
- Voor bomen ouder dan 30 jaar verjaart de regel en kunnen buren in principe niet meer eisen dat de boom gekapt wordt.
Beschouw die 2 meter maar als een minimum. Grote bomen die wettelijk juist staan, kunnen door je buren en de vrederechter toch als hinderlijk worden beschouwd.
Wees dus redelijk:
- kies een boomgrootte die matcht met de grootte van je tuin,
- hou de volwassen boomkroon binnen je perceelsgrenzen,
- overleg open met je buren en vraag hun akkoord als je grote bomen wil planten of als je wil afwijken van de norm.
Wees verder niet al te bevreesd: het duurt vaak tientallen jaren voor een boom zijn volwassen omvang bereikt.
Op welke afstand van de perceelsgrens moeten bomen staan? - Rechtenkrant
Om de plaats van de boom in je tuin te bepalen, kan je verder rekening houden met het volgende:
- Hou voldoende afstand tot je woning.
- Bomen hebben ruimte nodig om te wortelen. Minstens de volle breedte van de kroon en liefst nog meer, zeker voor zuilbomen. Niet alle bomen kunnen goed tegen verharding aan de voet.
- Wil je genieten van meer schaduw in je tuin en op je huis, plaats de boom dan aan de zuidkant of de westkant van je perceel.
- Wil je net geen schaduw van de boom op je perceel, plaats de boom dan aan de noordkant of oostkant.
Hoe plant je een boom?
Een boom planten geeft voldoening. Je ziel kikkert er helemaal van op.
Het planten van een boom, is een daad van geloof in de aarde, een daad van vertrouwen in de toekomst, een daad van naastenliefde voor de toekomstige generaties, die van zijn vruchten zullen genieten, wanneer wij er niet meer zijn. Louis-Sébastien Mercier (1740-1814)
Hoe ga je te werk?
- Kijk naar het weer voor je gaat planten. Kies een dag zonder vorst in de grond, zonder sneeuw, zonder harde wind, niet te warm en niet te nat. Ja ha, soms zijn tuiniers kieskeuriger over het weer dan de bomen zelf. ;-)
- Graaf een groot plantgat waarin de wortels mooi passen zonder te plooien en zonder uit te steken. Het gat mag iets te diep zijn voor de planthoogte.
- Steek met de spade in de randen en de bodem van het plantgat. Zo doorbreek je eventuele verdichting van de bodem.
- Plaats nu de steunpaal of steunpalen waarmee je oudere bomen de eerste 2 à 3 jaren wat extra zal ondersteunen. Gebruik je één paal, zet die dan ten zuidwesten van de boom omwille van de dominante windrichting. Echt grote bomen hebben 3 steunpalen nodig. Jonge bomen vangen minder wind en hebben meestal geen ondersteuning nodig.
- Zet de boom nu op de bodem van het plantgat. Verwijder eventueel de pot of verpakking van de kluit.
- Begin het plantgat te vullen. Je kan de grond als je wil mengen met 1/10 rijpe compost of wat potgrond.
- Til nu de boom langzaam een beetje op tot je de juiste plantdiepte hebt bereikt. Het kan helpen om een plank te leggen over het plantgat om de grondhoogte (maaiveld) aan te geven. Uiteindelijk moet de wortelhals van de boom, dit is de overgang tussen stam en wortels, gelijk komen met de grond. Meestal is er een zichtbare kleurovergang. Plant bomen nooit dieper dan ze in de kwekerij stonden, liever iets te hoog dan te diep.
- Vul het plantgat verder op en zorg dat de boom mooi recht staat. Stamp de grond lichtjes aan. Maak een aarden walletje rond de boom als gietrand, iets groter dan de wortelkluit. Dat zorgt ervoor dat het water niet wegloopt als je giet.
- Bind eventueel de boom aan de steunpaal met elastische boomband. Leg de band in een 8-vorm zodat de stam de paal nooit raakt. Maak de boomband vast aan de paal met een platte spijker.
- Geef ruim water, ook als het regent.
Als je in het najaar plant, heeft een boom weinig nazorg nodig. Controleer af en toe eens of de boomband en steunpaal geen schade toebrengen aan de bast. De eerste twee jaar zal je bij lange droogte in de lente en de zomer vermoedelijk eens moeten gieten, vooral op zandgrond en als je een wat grotere boom hebt geplant. Doe dat zelden, maar met veel water tegelijk. Dat wil zeggen meerdere emmers water om de 2 à 4 weken.
Proficiat met je nieuwe boom! En nu… levenslang genieten. ;-)
Meer weten
- Bomenwijzer: vind de boom die past in je tuin en met criteria die jij belangrijk vindt
- Martin Hermy. De juiste boom voor elke tuin. Sterck & de Vreese, 2020, ISBN 9789056156619, 336 pagina’s. Vind in een Vlaamse bibliotheek
- Bert Maes (red.). Inheemse bomen en struiken in Nederland en Vlaanderen: herkenning, verspreiding, geschiedenis en gebruik. Boom, 2006, ISBN 9789085061762, 250 pagina's. Vind in een Vlaamse bibliotheek
- Otmar Diez. Eetbare bomen en struiken: ruim 80 soorten, determineren, verzamelen, eten. Noordboek, 2020, ISBN 9789056156053, 199 pagina’s. Vind in een Vlaamse bibliotheek
- Ontdek onze inheemse boomsoorten - Ecopedia
- Eetbare bomen opzoeken - Plants For A Future (Engels)