
Schatkamer van de liturgie: Maria-Boodschap [podcast]
Soundcloud
'Verheug u!' Midden in de vasten klinkt de aankondiging van Gabriël aan Maria, die ook tot ons gericht is: 'Verheug u', de nieuwe mens wordt geboren, in de menswording, doorheen het mysterie van lijden en dood. Hoor het in de nieuwe aflevering van de Schatkamer van de liturgie voor het feest van Maria-Boodschap.
Deze podcast is een initiatief van het Leerhuis van de kerkvaders en het CCV in het bisdom Gent. Hoofdcantor: Pieter Stevens.
Maria-Boodschap
Deze podcast voor het feest van Maria-Boodschap is ietwat ongewoon van vorm. Omdat het gezang dat we zullen zingen, de akthistos, zelf al een soort hymnische preek is, zullen we er geen tekst tussen weven, maar een meer uitgebreide inleiding geven.
Negen maanden vóór Kerstmis, en midden in de vasten, vieren we de Aankondiging aan Maria door de aartsengel Gabriël. Maria Boodschap is het mysterie dat opent op heel het perspectief dat Gods raadsbesluit ons biedt: Gods beslissing om alles met zich te verzoenen in Christus, om het heelal, dat nu verbrokkeld en verdeeld is, in Christus één te maken en om de mens de kans te bieden doorheen een nieuwe geboorte kind van God te worden en zo hersteld te worden in de oorspronkelijke dynamiek naar God toe. Het is het feest van de belofte, van onze hoop, het feest van Gods antwoord op het uur van onze nood, waarin wij sinds de zondeval verblijven.
Het antwoord klinkt blij: Chaire! Verheug u! Want zie, ik neem u aan, ik verbind Mij met u in onverbrekelijke trouw; zie Ik ben met u, verheug u alle landen, verheug u, elke mens.
Dat 'verheug u' is het meest markante woord van de beroemde akathistos-hymne. De naam akathistos verwijst naar het feit dat men de hymne staande bidt. De eerste sporen van het liturgische gebruik gaan terug tot de 7e eeuw. Het gezang werd traditioneel toegeschreven aan Romanos de Melode, maar de ware auteur zal wellicht voor altijd anoniem blijven. Het geheel bestaat uit vierentwintig strofen die telkens met een volgende letter van het Griekse alfabet beginnen. De oneven strofen eindigen met een Maria-litanie, bestaande uit een reeks begroetingen, waarin de Moeder Gods wordt bezongen als de plaats bij uitstek van het geheim van Christus’ menswording. De pare strofen besluiten met een acclamatie tot Christus zelf die om zijn menswording wordt geprezen: ‘Alleluia’ dat betekent: ‘Loof de Heer’.
We zingen de eerste vier strofen, en u hoort dus twee keer de reeks van 12 lofprijzingen, telkens ingeleid met het 'verheug u' dat de engel in de mond nam toen hij Maria begroette en ook wij in de mond nemen wanneer we het 'Wees Gegroet' bidden. Ter afsluiting klinkt vervolgens steeds de gebalde slotformule: 'Verheug u, Bruid, altijd maagd.'
Het is het kernvers van heel de hymne. De maagdelijkheid van de moeder Gods vertelt ons dat er een geboorte bestaat die verder reikt dan onze lichamelijke geboorte. Ze stelt een geboorte uit God in het licht. Diep in ons is er een goddelijk zaad neergelegd dat in elke mens tot wasdom moet komen. Elke mens is geroepen om dit zaad in zijn hart te laten groeien tot een volwaardige vrucht. Het is een nieuwe mens die daaruit geboren wordt, een nieuwe schepping, niet meer door de wil van een man, maar uit Gods kracht geboren. Niet meer de ‘naakte’ mens, maar de mens met God bekleed; niet meer de mens van de schaduw, maar de mens van het licht. Wat over de moeder Gods is uitgezongen in de akathistos, is ook ons aangezegd. Gods raadsbesluit wil ons allen betrekken in dit onvermoede perspectief. De woorden door de engel aan Maria geboodschapt stellen onze bestemming in het licht:
Verheug u, door wie de vreugd zal verschijnen,
Verheug u, door wie de vloek zal verdwijnen.
Verheug u, door wie de schepping wordt vernieuwd…
Verheug u, vertrouwen van hen die u in stilte bidden…
Verheug u, die (van) licht overstraalt het gelovige hart.
