Niet bang zijn - Kolet Janssen [column]
Over het kerstverhaal kun je aan kinderen veel leuker vertellen dan over het paasverhaal. Wie wordt er niet blij van engelen en sterren, van schaapjes en een kleine baby? Met Pasen is het serieuzer. Dan gaat het over Jezus die gevangen is en doodgaat, over verdrietige vrouwen met een potje zalf, over een zware steen die is weggerold en over een graf dat leeg is. En daar moet je dan blij om zijn!
Maar toch horen we twee keer hetzelfde zinnetje in beide verhalen. Met Kerstmis zegt de engel tot de herders: ‘Niet bang zijn, hoor!’ Je zou nochtans van minder schrikken als er opeens een zwerm engelen in de lucht hangt te zingen. En met Pasen is er een jongeman in het wit, die tot de vrouwen hetzelfde zegt: ‘Niet bang zijn, hoor!’ Je zou nochtans van minder schrikken als je lieve dode verdwenen is en je te horen krijgt dat hij leeft, maar dan anders.
Durven we nog te geloven dat het goede het haalt van het kwade? Het lijkt zo vaak omgekeerd!
Twee keer worden we aangespoord om niet bang te zijn. God kent ons door en door. Hij weet heel goed dat het voor ons moeilijk is om de uitnodiging te aanvaarden: ‘Durf erin te geloven en doe met ons mee!’ Het ligt zoveel meer voor de hand om bang te zijn voor wat we niet kennen en niet begrijpen.
Ook in onze rare tijden is er veel om bang voor te zijn. Durven we nog te geloven dat het goede het haalt van het kwade? Het lijkt zo vaak omgekeerd! Investeren we nog in de kracht van zachtheid en vriendelijkheid, als botheid het overal lijkt te halen?
Precies daartoe nodigt deze Goede Week en het komende paasfeest ons uit: dat we durven inzetten op hoop en liefde ondanks alles. Want het leven is sterker dan de dood, en samen zijn we op weg naar vrede, met veel vallen en altijd weer opstaan.
Een zalige Goede Week!