Commentaar bijbellezing 28/7: ‘Brokkenverzamelaars’ - Valérie Kabergs
Evangelie: Johannes 6, 1-15 - ‘Laat de mensen gaan zitten’
In die tijd begaf Jezus zich naar de overkant van het meer van Galilea, bij Tiberias. Een grote menigte volgde Hem omdat zij de tekenen zagen die Hij aan de zieken deed. Jezus ging de berg op en zette zich daar met zijn leerlingen neer. Het was kort voor Pasen, het feest van de joden. Toen Jezus zijn ogen opsloeg en zag dat er een grote menigte naar Hem toekwam, vroeg Hij aan Filippus: ‘Hoe moeten wij brood kopen om deze mensen te laten eten?’ - Dit zei Hij om hem op de proef te stellen, want zelf wist Hij wel wat Hij ging doen. - Filippus antwoordde Hem: ‘Wil ieder ook maar een klein stukje krijgen, dan is voor tweehonderd tienlingen brood nog te weinig.’ Een van de leerlingen, Andreas, de broer van Simon Petrus, merkte op: ‘Er is hier wel een jongen met vijf gerstebroden en twee vissen, maar wat betekent dat voor zo’n aantal?’ Jezus echter zei: ‘Laat de mensen gaan zitten.’ Er was daar namelijk veel gras. Zij gingen dan zitten; het aantal mensen bedroeg ongeveer vijfduizend. Toen nam Jezus de broden en na het dankgebed gesproken te hebben, liet Hij ze uitdelen onder de mensen die daar zaten, alsmede de vissen, zoveel men maar wilde. Toen ze verzadigd waren, zei Hij tot zijn leerlingen: ‘Haalt nu de overgebleven brokken op om niets verloren te laten gaan.’ Zij haalden ze op en vulden van de vijf gerstebroden twaalf manden met brokken, die door de mensen na het eten overgelaten waren. Toen de mensen het teken zagen dat Hij had gedaan, zeiden ze: ‘Dit is stellig de profeet die in de wereld moet komen.’ Daar Jezus begreep dat zij zich van Hem meester wilden maken om Hem mee te voeren en tot koning uit te roepen, trok Hij zich weer in het gebergte terug, geheel alleen.
Commentaar Valérie Kabergs: ‘Brokkenverzamelaars’
‘Haal nu de overgebleven brokken op om niets verloren te laten gaan.’ (Joh 6, 12) Eergisteren zat het mij helemaal tegen. Alles wat ik deed, maakte brokken. Ik stootte mijn teen wel drie keer tegen een of ander in de weg staand object, was snel geïrriteerd door alles en iedereen,… In plaats van in de tegenaanval te gaan, haalde mijn man allerlei troostvoedsel bij en bood mijn dochtertje me haar lievelingsknuffels aan.
Te midden van al mijn eigen brokkenmakerij werd mijn aandacht getrokken naar de voedselbrokken uit het Evangelie. Na het teken van de brood- en visvermenigvuldiging vraagt Jezus aan zijn leerlingen om alle overgebleven brokken op te halen en niets verloren te laten gaan. De zin kwam in een heel nieuw licht voor me te staan door de brokken niet enkel letterlijk te interpreteren als etensrestanten, maar te associëren met de brokken die we af en toe zelf maken en met de gebrokenheid die het leven kenmerkt. Jezus verzamelt deze brokken en zal ervoor zorgen dat al wat er gebroken werd niet verloren gaat.
‘Voor mij waren mijn dochtertje en man duidelijk volgelingen van deze Brokkenverzamelaar’
Iets verderop in het Evangelie maakt Jezus de omstaanders duidelijk dat ze zijn teken niet hebben begrepen. Het ging Jezus niet zozeer om de fysieke verzadiging van hongerige mensen. Jezus wou zichzelf laten kennen als ‘Brood dat leven geeft’. Net zoals het brood van de voorbije maaltijd gedeeld werd, heeft Jezus zich laten breken aan het kruis. God heeft dat gebroken Brood dat Jezus zelf was, ook ‘opgehaald’ en wou Hem niet verloren laten gaan aan de dood. In dat opzicht is de broodvermenigvuldiging een voorafspiegeling van wat in de verrijzenis aan eenieder mag gebeuren. Op het moment dat ons lichaam en onze geest ooit zullen beginnen te verbrokkelen, mogen we hopen op die ene Brokkenverzamelaar. Voor mij waren mijn dochtertje en man eergisteren duidelijk volgelingen van deze Brokkenverzamelaar. Ze gooiden mijn brokken niet achteloos aan de kant, maar kwamen met manden van zorgzaamheid aan om ze in op te vangen. Het stemt tot dankbaarheid, en inspireert me ook om de brokken van anderen met liefde te blijven omringen.
• Valérie Kabergs is bijbelblogster en werkt bij CCV Hasselt.